Het uur van de waarheid nadert voor de Turkse president Recep Tayyip Erdogan. Bij een referendum op 16 april wordt gestemd over de uitbreiding van zijn macht. De Turkse president doet er alles aan om te winnen.
Uit peilingen blijkt dat het nee- en het ja-kamp ongeveer gelijk opgaan. Daarom kan de stem van de Koerden doorslaggevend zijn. President Erdogan doet dan ook een handreiking aan de Koerdische minderheid in Turkije.
Op campagne in Oost-Turkije
Vorige week was Erdogan op campagne in het Turkse stadje Diyarbakir, waar de bevolking overwegend Koerdisch is. ‘Zoals we ons Turkije niet kunnen voorstellen zonder Istanbul, Izmir, Trabzon en Antalya, zo kunnen we ons Turkije ook niet voorstellen zonder Diyarbakir,’ zei Erdogan op de zwaarbeveiligde bijeenkomst met duizenden toeschouwers.
Erdogans toenaderingspogingen tot de Koerdische minderheid in Turkije zijn een trendbreuk. De afgelopen jaren richtte de president zich juist op bestrijding van de Koerdische terroristische organisatie PKK. De Oost-Turkse gebieden werden geregeld getroffen worden door schermutselingen tussen de PKK en het Turkse leger, met als gevolg vele verwoeste huizen en dorpen. Erdogan heeft een vernieuwde infrastructuur beloofd, als hij het referendum wint. Dat meldt het Britse zakenblad Financial Times.
Partijen in het nauw
Na de mislukte staatsgreep in Turkije afgelopen zomer gebruikte Erdogan de noodtoestand om de linksgeoriënteerde partij HDP een slag toe te brengen. De HDP werkte samen met de Koerden, en werd door Erdogan als een risico gezien. De populaire partijleider Selahattin Demirtas zit sinds november 2016 vast, op verdenking van samenwerking met de PKK. Tegen hem is 142 jaar cel geëist.
Onderwerp van het referendum is een grondwetswijziging die de Turkse president verstrekkende bevoegdheden geeft. Het ambt van premier wordt afgeschaft, en Erdogan kan tot 2029 aan de macht blijven.