Rusland is begonnen om vanuit onderzeeërs in de Middellandse Zee terreurbeweging Islamitische Staat (IS) met kruisraketten aan te vallen. ‘Laten we hopen dat het niet nodig is om onze kruisraketten te voorzien van nucleaire kernkoppen’.
Dat zei de Russische president Vladimir Poetin woensdag in een interview met de Russische staatsomroep Russia Today.
Precisiewapens
De Russische minister van Defensie Sergei Shoigu liet eerder weten dat de eerste Kalibr kruisraketten vanaf onderzeeërs succesvol waren gelanceerd. Daarop zou Poetin hebben gezegd dat deze raketten ook van kernkoppen kunnen worden voorzien.
Kalibr-raketten worden vanaf het water gelanceerd, en daarnaast gebruikt Rusland KH-101 raketten die vanuit de lucht worden afgeschoten. Beide typen kruisraketten zouden volgens Poetin ‘zeer effectief’ en ‘precies’ zijn.
‘We hebben precisiewapens die zowel met normale koppen als nucleaire koppen functioneren,’ zei Poetin. Hij zwakte zijn dreigende woorden daarna wel af: ‘Uiteraard is dit niet nodig in de strijd tegen terroristen en ik hoop dat het ook nooit nodig zal zijn’.
Bij de eerste aanval op IS zouden volgens Shoigu van Defensie een wapendepot, een mortierenfabriek en verschillende oliefaciliteiten van terroristen zijn verwoest. Volgens Shoigu waren zowel Israël als de Verenigde Staten van tevoren op de hoogte gebracht van de aanval.
Kaspische Zee
Rusland vecht sinds eind september vanuit de lucht tegen Syrië. De aanval waar Shoigu woensdag over spreekt is niet de eerste: eind oktober lanceerde het Syrische regeringsleger een gecoördineerd offensief met de Russen, die Kalibr-kruisraketten afschoten vanuit de Kaspische Zee op doelwitten van IS.
De raketten zouden, via Iran en Irak hun doelwitten hebben bereikt. In totaal legden de raketten toen een afstand van 1.500 kilometer af en troffen de voormalige militaire basis van Al-Tabqa, ten westen van Raqqa, het IS-bolwerk in Syrië. Die basis werd in augustus vorig jaar al ingenomen door extremisten van IS.