De Bergense school was het artistiek erg eens. Laren toont landschappen in hoekige vormen en platte vlakken in brede streken en dikke lagen.
Kunsthandelaar en verzamelaar Renée Smithuis schonk tachtig schilderijen van de Bergense School aan het Singer Laren. Deze kleine groep schilders woonde en werkte van 1914 tot 1927 in en rond het Noord-Hollandse Bergen.
‘Bergense’ schilders die later de meeste bekendheid verwierven, zoals Charley Toorop en Leo Gestel, zagen weinig in een ‘school’. De kernleden van de groep (onder wie Matthieu en Piet Wiegman, Arnout Colnot, Elsa Berg, Piet van Wijngaerdt, Gerrit van Blaaderen en Mommie Schwarz) waren volgelingen van de Franse schilder Henri Le Fauconnier, met hier een aparte zaal.
Laren toont landschappen in hoekige vormen en platte vlakken in brede streken en dikke lagen. Veel bruin, afgewisseld met oplichtende plekken. Ook op hun reizen door Spanje, Italië en Zuid-Frankrijk bleven ze dit donkere kleur- en vormschema volgen. De groep blijkt het artistiek zo eens dat het werk vaak van dezelfde kunstenaar lijkt.
Elsevier nummer 41, 10 oktober 2015