Rechter: ook homo’s moeten ivf-kosten kunnen aftrekken van belasting

Bron: Unsplash

Homoseksuele stellen moeten de kosten voor een ivf-behandeling of draagmoederschap kunnen opvoeren als aftrekpost voor de inkomstenbelasting. Dat staat in een uitspraak van de rechtbank in Arnhem op woensdag 28 juli in de zaak van een homokoppel tegen de Belastingdienst.

1.

Waar ging de zaak over?

Een homostel uit Gelderland had de kosten voor de ivf-behandeling voorafgaand aan de geboorte van hun kind in 2018 opgevoerd als aftrekpost in de belastingaangifte. Ze waren voor de behandeling naar de Verenigde Staten gereisd om via een commercieel bedrijf eiceldonoren en draagmoeders te vinden. Die constructie is verboden in Nederland.

Het koppel betaalde in totaal 167.000 dollar (omgerekend ruim 140.000 euro) voor de kosten van het programma en voor de reis- en verblijfskosten. Van dat bedrag wilden de twee omgerekend 38.077 euro in aftrek brengen.

Bekijk hier het beste klinieken-onderzoek van EW 2021

De Belastingdienst ging niet in de opgevoerde aftrekpost mee omdat de mannen niet ziek of onvruchtbaar zijn. Het stel stapte daarop naar de rechter.

Op grond van regels van de inkomstenbelasting mogen de kosten van een ivf-behandeling alleen worden afgetrokken als een medische oorzaak aan de behandeling ten grondslag ligt (onvruchtbaarheid of een ziekte die dat veroorzaakt).

In de ogen van het stel is het oneerlijk dat een vrouw die met haar mannelijke partner een ivf-behandeling aangaat omdat zij niet natuurlijk zwanger raakt, de kosten daarvan (deels) wél mag aftrekken via de belastingaangifte.

2.

Wat vindt de rechter? Is er sprake van ziekte of invaliditeit?

In de ogen van de mannen zijn de uitgaven voor het ivf-traject specifieke zorgkosten die kunnen worden afgetrokken. De twee kunnen samen geen kind krijgen en dat is volgens hen een vorm van ziekte of invaliditeit.

Maar daarin gaat de rechter niet mee. De specifieke zorgkosten staan niet in verband met ziekte of invaliditeit van de twee mannen. Want zij zijn niet onvruchtbaar en hebben geen lichamelijke afwijking die onvruchtbaarheid veroorzaakt.
Dat de mannen samen geen kinderen kunnen krijgen, komt voort uit de niet-medische oorzaak dat twee personen van het mannelijke geslacht geen kinderen kunnen krijgen zonder de hulp van een vrouw. Er is in de ogen van de rechter dan ook geen sprake van uitgaven voor een specialistische behandeling die is bedoeld om de nadelige gevolgen (kinderloosheid) van een afwijking te verhelpen.

3. Is hier dan sprake van discriminatie op grond van seksuele voorkeur?

Ja. De rechtbank vindt de situatie van de mannen wel vergelijkbaar met de situatie van stellen bij wie het door onvruchtbaarheid niet lukt een kind te krijgen en kiezen voor een ivf-behandeling.

De onvruchtbare stellen hebben immers, net als de mannen, hogere kosten dan stellen die op een natuurlijke wijze zwanger kunnen raken. Daardoor is volgens de rechter sprake van buitengewone uitgaven die ‘de financiële draagkracht aantasten’.

De situatie van de mannen verschilt van stellen die kampen met onvruchtbaarheid, omdat de twee vruchtbaar zijn. Maar de rechtbank ziet geen relevant verschil tussen een vrouw die door onvruchtbaarheid niet zwanger kan raken en twee mannen die nooit op een natuurlijke wijze een kind kunnen krijgen.

Volgens de rechtbank wordt het stel daarom ongelijk behandeld. De mannen zijn uitgesloten van belastingaftrek en kunnen nooit voldoen aan de voorwaarde om in aanmerking te komen voor aftrek van de ivf-kosten. Volgens de rechter is dat onlosmakelijk verbonden is met het gegeven dat zij man én homoseksueel zijn.

Er zijn volgens de rechtbank geen redenen die deze ongelijke behandeling rechtvaardigen. Daar komt in de ogen van de rechter bij dat er sprake is van onderscheid naar persoonskenmerken, namelijk naar geslacht en seksuele voorkeur. In de uitspraak benadrukt de rechter dat het stel behoort tot een ‘kwetsbare groep die in het verleden is gediscrimineerd’. Het belang van het koppel om fiscaal gelijk te worden behandeld met andere belastingplichtigen dient volgens de rechter dan ook zeer zwaar te wegen.

4.

Hoe nu verder?

De rechter gaat niet verder dan het vaststellen dat er sprake is van schending van het discriminatieverbod. Het aanpassen van de wet is volgens de rechter aan de wetgever. Het koppel krijgt alleen de proceskosten terug, maar geen belastinggeld. ‘We hebben verloren, maar het voelt als een overwinning,’ lieten de twee in een reactie weten in het radioprogramma Met het Oog op Morgen. De twee hopen ook dat er iets wordt gedaan aan het verbod op commercieel draagmoederschap.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Voorzitter van Leefbaar Rotterdam Ronald Buijt noemt het een ‘clownsact’. ‘Regenboogtrams als antwoord op Marokkaanse anti-homo-terreur, universiteiten die de positie van “niet-mannelijke geslachten” moeten bevorderen, een rechter die “geen relevant verschil” ziet tussen mannen en vrouwen. De emancipatiestrijd van weleer is verworden tot een clownsact!’

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."