Mario Draghi: Jaarlijks 750 miljard euro meer investeren in Europese bedrijven

09 september 2024Leestijd: 3 minuten
Mario Draghi bij de presentatie van zijn rapport. Beeld: Olivier Hoslet/EPA

In zijn rapport over het Europese concurrentievermogen schetst Mario Draghi een gitzwart beeld van hoe de Europese Unie ervoor staat. Alleen ongekende investeringen kunnen het slechte tij keren, meent de oud-voorzitter van de ECB.

De arbeidsproductiviteit is veel te laag, terwijl de beroepsbevolking vanaf 2040 met 2 miljoen per jaar zal dalen. De economie ontbeert elke dynamiek die nodig is voor groei. Investeringen haperen.

In de afgelopen vijftig jaar kreeg alleen Amerika er al zes bedrijven bij die nu een waardering hebben van meer dan 1.000 miljard euro. Kom daar in de EU maar eens om.

In zijn inleiding van het bijna 400 pagina’s en 170 concrete voorstellen tellende rapport schetst Draghi een gitzwart beeld, mocht Europa de zaken op zijn beloop laten. ‘Dit rapport komt uit op een moeilijk moment voor ons continent,’ schrijft hij met gevoel voor understatement.

Mondiale economische strijd

Wil de EU blijven meedraaien in de mondiale economische strijd, dan vergt dat ongekende inspanningen. Allereerst moet Europa de innovatiekloof met Amerika en China dichten, vooral op het gebied van geavanceerde technologieën. Een belangrijk aandachtsgebied is uiteraard ook het verbeteren van de veiligheid. De Europese defensie-industrie is niet robuust genoeg en werkt onvoldoende samen.

Om de economie te digitaliseren, CO2-vrij te maken én de defensiecapaciteit te vergroten, moet volgens Draghi het investeringspercentage als deel van het bbp van de EU met bijna 5 procentpunten omhoog (dat is ruim 750 miljard euro, per jaar). Een enorm bedrag. Ter vergelijking: het Marshallplan voegde tussen 1948 en 1951 jaarlijks 1 tot 2 procent toe aan het bbp.

Regeldruk moet echt omlaag

Daarnaast krijgt de Europese Commissie huiswerk. De regeldruk moet echt omlaag, de besluitvorming sneller en als dan toch meer wetgeving nodig is, kies dan voor verordeningen en niet voor richtlijnen, die landen meer vrijheid geven om de wet op nationaal niveau aan te passen.

En wie gaat het allemaal betalen? Daarover is Commissievoorzitter Ursula von der Leyen vrij duidelijk. Bij projecten van gemeenschappelijk Europees belang worden nationale bijdragen gevraagd. Of de Commissie gaat zelf de geldmarkt op.

Nu is het afwachten of de leiders in de lidstaten zich allemaal laten meeslepen door de alarmerende taal van Mario Draghi. ‘Er zijn nooit dwingender redenen geweest voor een uniform antwoord op de uitdagingen die er liggen,’ benadrukte hij tijdens de persconferentie.

Gedecideerde Draghi

Mario Draghi maakte naam met zijn ‘whatever it takes’ in juli 2012. Als president van de Europese Centrale Bank wist hij met een schuldenopkoop-programma een vertrouwenscrisis in de eurozone af te wenden. De Italiaan staat sindsdien bekend als iemand die snel een gedurfd – en controversieel – besluit durft te nemen.

 

Ook nu staat de EU er niet best voor. De economische groei is te laag, er is te weinig innovatie en nog altijd zijn de landen van de Europese Unie afhankelijk van andere machtsblokken, bijvoorbeeld als het gaat om kritieke grondstoffen.

 

Dus kreeg Draghi in september 2023 van de Commissie opdracht om een analyse te maken van het Europese industriële concurrentievermogen, en hoe dat te verbeteren.

 

Maandag 9 september maakte hij de bevindingen openbaar, die eerst in juni zouden worden gepresenteerd. Zo snel als in 2012 is de 77-jarige Draghi niet meer.