De drie ontdekkers, noch hun bazen, hadden in de gaten dat het een schot in de roos was.
Nederland heeft unieke uitvindingen op zijn naam. De microscoop (nou ja, het lensje) van Antoni van Leeuwenhoek, de fluit uit Hoorn (een schip waarmee veel meer lading kon worden vervoerd dan de concurrentie), het haringkaken door Willem Beukelszoon uit Biervliet, de flitspaal, het draadloze communicatiesysteem bluetooth. Plus een hele reeks uitvindingen van Philips: het cassettebandje, de Philishave, de cd- en dvd-speler.
Aan dat rijtje mag zo langzamerhand ook Keytruda worden toegevoegd, pembrolizumab (in de wandeling ‘pembro’ genoemd), ontwikkeld door het voormalige Organon in Oss, Noord-Brabant, en een daverend succes als kankermedicijn.
Effectief bij verschillende tumoren
Hans Wijers had geen benul …
Jack Burgers en Johan Heilbron, hoogleraren sociologie aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam, schreven eerder dit jaar, mede op basis van onderzoek dat hun studenten uitvoerden, het fascinerende boek De zaak Organon (Prometheus).
Daarin stellen ze dat het vreemd is dat Hans Wijers – voormalig topman van AkzoNobel en voormalig minister van Economische Zaken voor D66 – in Nederland zo wordt bejubeld. Geregeld roept de Volkskrant hem bijvoorbeeld uit tot machtigste man van Nederland.
Wijers verkocht Organon in 2007 voor 11 miljard euro, terwijl alleen al het medicijn Keytruda meer dan drie keer zoveel waard is. Wijers had geen benul, aldus Burgers en Heilbron, wat voor een juwelen er in Oss aanwezig waren: ‘De elf miljard die Schering-Plough neerlegde voor het Osse bedrijf was … een koopje.’
Keytruda is in 2015 op de markt gebracht door het Amerikaanse MSD, dat Organon heeft overgenomen. Aanvankelijk was het bedoeld voor gevorderd melanoom, agressieve huidkanker, later bleek het ook effectief bij een stuk of tien andere tumoren. In 2015 werd er een half miljard mee verdiend, in 2016 al anderhalf miljard. De voormalig topman van MSD, Fred Hassan, schatte in 2014 dat het middel een waarde van 40 miljard dollar (zo’n 35 miljard euro) vertegenwoordigt.
‘Pembro’ heeft extra bekendheid gekregen, doordat het in 2015 de kanker van voormalig president Jimmy Carter genas. Het Brabants Dagblad had het destijds over ‘het wondermiddel uit Oss’. Carter grapte dat hij wel drie weken bezig was alvorens hij ‘pembrolizumab’ kon uitspreken.
Immuuntherapie bij kanker
Het medicijn is niet alleen commercieel maar ook wetenschappelijk interessant. Het is onderdeel van een nieuwe en veelbelovende aanpak van kanker: immuuntherapie. Bij de oude benadering, chemotherapie, worden gemene chemicaliën ingezet om de tumorcellen te doden – vaak met vervelende bijeffecten, omdat ook de gezonde lichaamscellen worden vergiftigd. Bij immuuntherapie worden de eigen afweercellen (ook wel immuuncellen genoemd) een handje geholpen bij het herkennen van tumorcellen als ‘vreemd’ en vervolgens bij het opruimen daarvan.
Immuuntherapie valt dus niet de vijand aan, maar versterkt het eigen lichaam – vergelijkbaar met hoe vaccins werken. Dat geldt ook voor Keytruda en de twee andere medicijnen die nu beschikbaar zijn en ook in tal van Nederlandse ziekenhuizen worden gegeven: ipilimumab (over moeilijke namen gesproken, Yervoy) en nivolumab (Opdivo).
Geniepige trucs van de tumorcellen
Tumorcellen kunnen zich onzichtbaar maken voor het afweerstelsel. Dat komt deels doordat tumorcellen in wezen ontspoorde lichaamscellen zijn. Daardoor dragen ze nog allerlei kenmerken van ‘eigen’. Maar ze hebben tevens tal van andere geniepige trucs. Zo zijn ze in staat om in chemisch opzicht op de rem van afweercellen te trappen. Keytruda (en andere zogeheten checkpoint remmers) schakelt dat vermogen uit. Zo worden de tumorcellen weer herkend als de gemene indringers die ze zijn en gaat het afweerstelsel hen te lijf.
Dat het afweerstelsel kan worden gebruikt om tumorcellen aan te vallen, is al 125 jaar bekend. Maar al die tijd lukte het niet om er in de geneeskunde gebruik van te maken, vooral ook omdat turmorcellen zo slim zijn.
Dat het inmiddels wel lukt, is bijzonder en mede daarom ging de Nobelprijs voor Geneeskunde onlangs naar twee ontdekkers van immuuntherapie, de Amerikaan James Allison en de Japanner Tasuku Honjo.
Ronald Plasterk – voormalig vooraanstaand wetenschapper, minister van Onderwijs en nu werkzaam in de farmaceutische sector – twitterde dat Hans van Eenennaam, één van de drie mensen achter pembrolizumab, een belangrijke bijrol speelde bij de ontwikkelingen die tot de Nobelprijs voor Geneeskunde leiden.
Het belang van toeval
Keytruda geeft een intrigerend kijkje in de keuken van de farmaceutische industrie. Over hoe belangrijk toeval is en dat de strategie van farmaceutische bedrijven, zelfs de allergrootste, soms wat weg heeft van het kinderspel blindemannetje.
In de eerste plaats is pembrolizumab niet ontwikkeld omdat Organon een visie had op het gebruik van immuuntherapie tegen kanker. Welnee, het bedrijf zat in een geheel andere sector (voortplanting), maar gaf zijn onderzoekers wel enige vrijheid om in het laboratorium aan hobby’s te werken.
De drie onderzoekers uit Oss die aan de wieg stonden van Keytruda, waren aan het spelen met de techniek van monoklonale antilichamen. Als ze al een medicijn voor ogen hadden, dan zeker niet tegen kanker, maar eerder tegen auto-immuunziekten zoals reuma, waarbij het afweerstelsel zich keert tegen onderdelen van het eigen lichaam.
Keytruda was bijna de nek omgedraaid
Ook bij de farmaceutische bedrijven Schering-Plough en MSD, waar het Keytruda-project na de verkoop van Organon terechtkwam, hadden ze niet in de gaten dat ze een juweel in handen hadden. Het Keytruda-project stond op een gegeven moment zelfs op de nominatie om de nek te worden omgedraaid, zo weinig geloof werd eraan gehecht. Pas toen een van de concurrenten op het punt stond om met een medicijn te komen dat de afweer tegen kanker versterkte, realiseerden de Amerikanen zich: hè, we hebben toch ook zoiets in de bureaula liggen, gekocht uit Oss, ‘that little city in the Netherlands’?