‘Helft psychologische studies bevat statistische fouten’

'ANP'

Wetenschappelijke bladen publiceren vaak psychologische studies met onjuistheden. Bij de helft van de studies zijn statistische fouten gemaakt.

Bij één op de acht studies gaat het om grote onzorgvuldigheden in de cijfers, waardoor de statistische uitkomsten onjuist zijn. Ook worden er regelmatig spelfouten gemaakt. Dat concludeert de Tilburgse onderzoeker Michèle Nuijten, na een steekproef met dertigduizend artikelen, schrijft de Volkskrant donderdag.

Nuijten onderzocht de studies niet handmatig, maar gebruikte een instrument dat de statistische onderdelen toetste. Er werd nagegaan of de conclusies van de experimenten niet op toeval waren gebaseerd. De sociale, klinische en experimentele psychologie zijn behandeld in het onderzoek en de uitkomsten zijn op alle drie de onderdelen van toepassing.

Onbetrouwbaar

De conclusies van Nuyten zijn de tweede klap in twee maanden tijd voor het psychologische vakgebied. Eind augustus bleek dat psychologische onderzoeken vaak onbetrouwbaar zijn. Het vakblad Science schreef toen dat slechts 39 procent van de studies betrouwbare resultaten genereren. Uit meer dan de helft van de experimenten kwamen andere onderzoeksresultaten toen ze gereproduceerd werden.

Als een onderzoek niet succesvol kan worden herhaald, betekent het vaak dat het oorspronkelijke resultaat toeval is of er zijn fouten gemaakt tijdens het onderzoeksproces. Reproduceerbaarheid is een belangrijk criterium om de betrouwbaarheid aan te tonen, maar dit gebeurt te weinig in de psychologie. Onderzoekers over het algemeen liever opnieuw onderzoek doen dan dat ze hun werk laten controleren door collega’s.