De omstreden donorwet werkt – maar niet alleen dankzij beleid

NTS-bus vervoert artsenteam voor orgaandonatie. (Foto: ANP)

In dit artikel

De feiten: Meer donorregistraties dan vorig jaar

Bron: CBS

Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft eerder deze week nieuwe donorcijfers gepubliceerd. Het meldt dat 8,1 miljoen volwassenen op 1 januari 2025 stonden geregistreerd als donor.

Dat zijn er bijna 30.000 meer dan in 2024.

In totaal heeft 34 procent actief toestemming gegeven voor donatie, staat 24 procent automatisch geregistreerd, geeft 31 procent expliciet geen toestemming en laat 11 procent de beslissing over aan een naaste.

‘Geen bezwaar’

Een aantal cijfers trekt de aandacht. Dit jaar hebben minder mensen dan vorig jaar hun keuze doorgegeven aan het Donorregister, waardoor ze daar automatisch geregistreerd staan met ‘geen bezwaar tegen orgaandonatie’. Dat laatste is mogelijk gemaakt door de donorwet.

Het CBS ziet dit vooral terug bij 18- tot 25-jarigen. Van hen heeft 41 procent geen keuze opgegeven. Van degenen uit deze leeftijdsgroep die wél een keuze hebben gemaakt, geeft 45,2 procent geen toestemming voor orgaandonatie. In 2022 was dit nog 41 procent.

Onder 75-plussers is het percentage ‘geen bezwaar’ het kleinst: 14,1. Daar staat tegenover dat zij vaker dan de andere leeftijdsgroepen expliciet geen toestemming geven om na overlijden hun organen te doneren: 52,2 procent. In 2022 was dit 56 procent.

Laagste percentage in Urk

Het CBS bekeek ook de aantallen per gemeente. Inwoners van Groningen (68,1 procent) en Rozendaal (67,2 procent) staan het vaakst geregistreerd als donor. In Neder-Betuwe (43 procent) en Urk (46,8 procent) is het aandeel van wie zich hebben opgegeven als donor het kleinst.

Urkers maken bovendien het minst vaak een keuze (32 procent), zodat ze automatisch staan geregistreerd in het donorregister. Ook expliciete toestemming (15 procent) is het laagst in Urk.

Verrassend is dan wel dat het aandeel inwoners dat de keuze na overlijden aan een naaste overlaat, in Urk met 22 procent twee keer zo hoog is als gemiddeld.

EW's visie: Donorwet verhoogt donorregistraties, maar betere technieken óók

Door: Laurien Onderwater, redacteur Vooruitgangsgeloof

Sinds 1 juli 2020 staat iedereen in Nederland van achttien jaar of ouder in het donorregister, tenzij diegene er expliciet voor kiest om niet te doneren of om anderen te laten beslissen.

Deze donorwet is een initiatief van Pia Dijkstra, die tussen 2010 en 2021 Tweede Kamerlid was voor D66.

Vóór 2020 gold in Nederland het ‘nee-tenzij-systeem’: alleen mensen die zich actief hadden geregistreerd als donor, stonden als zodanig in het systeem. Wie niets invulde, gold automatisch als niet-donor.

Lichte stijging en daling te zien

Begin dit jaar stond 58 procent van de bevolking van 18 jaar of ouder geregistreerd, al dan niet actief, in het donorregister. Op 2 januari 2020 bedroeg dit 55,2 procent.

De donorwet was op dat moment nog niet van kracht, dus deze mensen hadden actief toestemming gegeven.

Verder gaf 33,5 procent van de bevolking in januari 2020 expliciet geen toestemming donor te willen zijn. Dit jaar is dat 31 procent.

Donorwet ‘helpt’ passieve mensen

Als je puur naar deze percentages kijkt, kun je concluderen dat de donorwet werkt. Er is immers een lichte stijging te zien in het aantal donorregistraties, naast een lichte daling in het aantal mensen dat heeft aangegeven geen organen ter beschikking te willen stellen.

Het percentage dat actief toestemming heeft gegeven, is aanzienlijk gedaald ten opzichte van 2020 (34 procent versus ruim 55 procent). Daaruit volgt vanzelf dat veel Nederlanders alsnog geen keuze opgeven.

Maar dankzij de donorwet staan deze ‘passieven’ alsnog geregistreerd.

Aantal orgaantransplantaties is gestegen

Toch is dit niet het hele verhaal. Dat er meer mensen geregistreerd staan, wil nog niet zeggen dat er ook meer donororganen beschikbaar zijn gekomen. Er moet ook naar de cijfers worden gekeken die de Nederlandse Transplantatie Stichting elk jaar beschikbaar stelt.

Eind 2019 stond het aantal getransplanteerde organen op 1.316. Het ging om 105 longen, 38 harten, 190 levers, 29 alvleesklieren, 952 nieren en 2 dunne darmen.

Eind 2024 (het jaar 2025 is natuurlijk nog niet afgerond) ging het om 1.618 getransplanteerde donororganen: 123 longen, 79 harten, 253 levers, 36 alvleesklieren, 1.126 nieren en 1 dunne darm.

Dat er meer orgaantransplantaties zijn uitgevoerd, kan betekenen dat de donorwet eraan bijdraagt dat er meer organen beschikbaar komn.

Betere technieken, betere organen

De groei in het aantal transplantaties is niet alleen aan de donorwet toe te schrijven. Ook een rol spelen een versoepeling van transplantatiecriteria (bijvoorbeeld mogelijkheid tot toestemming op hogere leeftijd) en medische innovaties – die de kans vergroten dat organen geschikt zijn voor transplantatie.

De laatste paar jaar zijn veel nieuwe methoden ontwikkeld om donororganen te verbeteren die voorheen zouden zijn afgekeurd. Dat maakt ze alsnog geschikt voor transplantatie.

Zo beschikt het Leids Universitair Medisch Centrum over een zogeheten perfusiemachine, die een warme, zuurstofrijke vloeistof door bijvoorbeeld een donorlever pompt. Hierdoor gaat het orgaan weer goed functioneren.

Goede combinatie

Al met al maakt de combinatie van donorwet en medische vooruitgang dat er steeds meer donororganen beschikbaar komen. Terwijl dankzij de donorwet passieve burgers toch geregistreerd komen te staan, leiden nieuwe behandelmethoden ertoe dat meer organen echt bruikbaar zijn.

Kortom, wetgeving en medische innovatie vullen elkaar aan, waardoor meer levens kunnen worden gered door orgaandonatie.

Verdere verdieping: Waarom was de donorwet omstreden?

Hoewel de donorwet relatief kort geleden is ingevoerd, blijkt deze effectief te zijn geweest in het verhogen van het aantal registraties. Dat is goed nieuws. Er staan nog altijd honderden mensen per jaar op de wachtlijst voor een nieuw orgaan.

Kleine Kamermeerderheid

De wet was destijds omstreden en werd met een zeer kleine meerderheid aangenomen door de Eerste Kamer: 38 leden stemden voor, 36 tegen.

Veel tegenstanders vonden dat de overheid hen niet mocht verplichten tot registratie. Zij bepaalden wat er met hun lichaam na overlijden zou gebeuren, niet de overheid.

Recht op zelfbeschikking

Maar dat was het ’m nu juist: veel mensen maakten die keuze niet. Daardoor kwam het moeilijke besluit te liggen bij de nabestaanden.

De nieuwe wet verplicht niemand zich te registreren als donor. Mensen kunnen nog altijd afzien van toestemming, maar moeten wel daarnaar handelen. Het recht op zelfbeschikking komt hiermee niet in het gedrang.