Rechtbank: Laura H. ging willens en wetens naar IS

13 november 2017Leestijd: 3 minuten
Jihadbruid Laura H. zei ook spijt te hebben van haar daden - bron: ANP

Laura H. is veroordeeld tot 24 maanden cel, waarvan 13 voorwaardelijk, voor het faciliteren van terreur. De jihadbruid heeft echter al een jaar in voorarrest gezeten, en hoeft dus niet terug naar de gevangenis.

Eerder eiste het Openbaar Ministerie (OM) 35 maanden cel, waarvan 11 maanden voorwaardelijk. De rechter acht bewezen dat Laura H. schuldig is aan voorbereidingshandelingen voor het plegen van terroristische misdrijven. De rechtbank acht niet bewezen dat ze lid was van de terreurbeweging Islamitische Staat (IS). Van dat verwijt is ze vrijgesproken. De rechtbank vindt dat er wel sprake was van ‘burgerschap’ van IS.

Het OM vond dat ze vanwege haar bijdrage op de achtergrond wel degelijk deel uitmaakte van IS. De strafeis was bijna drie jaar, maar omdat ook daarvan twee jaar voorwaardelijk was, had ze hoe dan ook niet terug de cel in gehoeven.

Laura dacht dat ze ‘met vakantie’ gingen naar Syrië

H. reisde eind 2015 af naar Syrië met haar Palestijnse man Ibrahim. Ze keerde in september 2016 terug uit de Iraakse stad Mosul. Vorig jaar zomer ontvluchtte ze IS, en reisde ze naar Koerdisch gebied.

Ze werd naar eigen zeggen in september 2015, samen met haar twee zoons, door haar man meegevoerd naar IS-gebied in Syrië. Zij zouden met vakantie gaan en vluchtelingen helpen, zo zou haar door haar man bij vertrek uit Nederland zijn verteld. Ze bleken zich aan te sluiten bij IS. ‘Ik wilde helemaal niet naar Syrië. Hij dwong me.’ Ze vond het leven in het IS-kalifaat ‘een hel,’ verklaarde ze toentertijd. Uit getuigenverklaringen bleek destijds dat Laura en haar gezin als een dief in de nacht waren vertrokken uit Nederland.

Net als het OM schuift de rechtbank deze beweringen terzijde. Uit verklaringen, zowel van haarzelf als van getuigen, blijkt volgens de rechtbank dat H. wel degelijk wist wat IS precies inhield en ook dat haar man Ibrahim daar strijder zou worden. ‘H. is willens en wetens naar het strijdgebied gegaan,’ aldus de rechtbank. De rechtbank vindt haar dan ook strafbaar voor het meehelpen met voorbereidingen om terroristische misdrijven te plegen. Wat er met haar man Ibrahim is gebeurd, is vooralsnog onbekend.

Vader Laura speelde sleutelrol bij terugkeer Laura

Eugène H., haar vader, speelde een sleutelrol in de terugkeer van Laura uit het zelfbenoemde ‘kalifaat’ van IS. Eerder werd bekend dat hij 10.000 euro aan tussenpersonen betaalde om zijn dochter terug te halen naar Nederland. Toen ze op Schiphol landde, werd ze direct aangehouden.

Het OM twijfelde aan Laura’s verhaal: was ze teruggekeerd om IS te ontvluchten of kwam ze terug met een opdracht om een aanslag te plegen? Vader Eugène hamerde er in mei dit jaar op dat zijn dochter ‘weer normaal’ was, en deed hard zijn best om haar als slachtoffer neer te zetten tijdens het proces.

Volgens hem kwam ze daar in een soort loverboycircuit terecht. ‘Ze werd meegezogen. Je kunt er niets tegen doen,’ zei hij in mei in de rechtszaal. Haar advocaat, Michiel Pestman, verklaarde destijds ook dat ze bedreigingen ontving uit radicaal-islamitische hoek.

Laura bekeerde zich als puber tot de islam. Ze zou bij de Marokkaanse subcultuur in Zoetermeer hebben willen horen, en daar hoorde bekering tot de islam voor haar uiteindelijk bij.

Volgens vader Eugène liet Bureau Jeugdzorg haar begeleiden door een fanatieke moslim. ‘Dat hielp niet echt,’ aldus H. ‘Ze ging vervolgens een hoofddoek dragen.’ Naar eigen zeggen was hij niet tegen haar bekering, maar ‘gruwelde’ hij wel van haar verdere radicalisering.