AIVD waarschuwt voor spionage Rusland, China, Iran en radicalisering

02 april 2019Leestijd: 7 minuten
AIVD-hoofd Dick Schoof licht jaarverslag toe. Foto: ANP.

Digitale aanvallen en spionage door landen als China, Iran en Rusland vormen een toenemend gevaar voor Nederland, waarschuwt de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) in zijn jaarverslag over 2018. Ook bedreigt de verspreiding van radicaal islamitisch gedachtegoed in naschoolse lessen de democratische rechtsorde, schrijft de AIVD. Vier belangrijke punten uit het jaarverslag.

Spionage en ongewenste inmenging China, Iran en Rusland

De meest verstrekkende ontwikkeling is de toename van (digitale) spionage en ‘ongewenste inmenging’ vanuit het buitenland. Volgens de AIVD proberen andere landen politieke inlichtingen als ‘besluitvormingsprocessen en standpunten van de regering’ en bedrijfsgeheimen te stelen. Daarmee pogen ze zowel de eigen economische en strategische positie te versterken als de Nederlandse belangen te schaden.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Onder ongewenste buitenlandse inmenging schaart de AIVD ‘heimelijke politieke beïnvloeding, beïnvloeding en intimidatie van hun geëmigreerde (ex-)landgenoten, sabotage en misbruik van de Nederlandse ICT-infrastructuur’. De inlichtingendienst concludeert dat landen als China, Iran en Rusland cyberprogramma’s hebben die zijn gericht tegen Nederland.

Eric Vrijsen over de mislukte infiltratiepoging van de GROe in Den Haag: Russische spionnen leverden broddelwerk

Wat betreft inlichtingen valt vooral de poging van de Russische GROe in april vorig jaar op. De militaire inlichtingendienst uit Moskou probeerde in te breken bij de Organisatie voor het Verbod op Chemische Wapens (OPCW) in Den Haag om geheime informatie te bemachtigen over de affaire rond de vergiftigde spion Sergej Skripal. De Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) stak daar een stokje voor, maakte het ministerie van Defensie in oktober bekend.

Volgens het AIVD-jaarverslag toont deze ‘brutaliteit’ aan hoe ver de Russische dienst gaat om strategische informatie buit te maken. Ook om andere redenen is Nederland een ‘interessant doelwit voor spionage’ door de Russen: ‘Het strategisch belang van de Nederlandse politiek en rechtspraak is voor Rusland sterk toegenomen sinds het neerhalen van vlucht MH17 in juli 2014,’ schrijft de AIVD. Volgens de Britse ambassadeur Peter Wilson probeerde de GROe in Maleisië ook informatie over het onderzoek naar de MH17-ramp te stelen.

‘Verreweg de grootste dreiging op het gebied van economische spionage is afkomst van China,’ schrijft de AIVD. Het regime van president Xi Jinping wil met grote economische beleidsstrategieën als ‘Made in China 2025’ en de ‘Nieuwe Zijderoutes’ de economische en geopolitieke invloed te vergroten. De inlichtingendienst wijst erop dat dit leidt tot zowel economische kansen als ‘toenemende competitie’ met westerse en dus ook Nederlandse bedrijven. Dat doet Peking via ‘een breed scala aan (heimelijke) middelen (…) die het verdienvermogen van Nederlandse bedrijven ondermijnen en die op termijn kunnen resulteren in economische en politieke afhankelijkheden’.

Minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok (VVD) is al maanden bezig met ontwikkelen van een zogeheten China-strategie, over de vraag hoe Nederland moet omgaan met de opkomst van de Chinezen als wereldmacht. De afgelopen weken waarschuwt de Amerikaanse ambassadeur Pete Hoekstra Nederland voortdurend om niet in zee te gaan met het 5G-netwerk van het Chinese telecombedrijf Huawei. Volgens hem levert dat grote risico’s op voor de privacy en zet dat de deur open voor manipulatie en spionage van burgers.

Tot slot Iran, dat volgens de AIVD via beïnvloeding en intimidatie probeert emigranten (de diaspora) in Nederland onder druk te zetten of uit te schakelen. ‘Hiermee kunnen ook nationale spanningen geëxporteerd worden naar ons land. De invloed gaat soms zo ver dat mensen zich beperkt voelen in de uitoefening van hun grondrechten, zoals de vrijheid van meningsuiting.’ Opvallend is dat de AIVD in dit verband ook expliciet Turkije noemt, maar niet verder ingaat op de rol van dat land.

Ook heeft de inlichtingendienst heeft naar eigen zeggen ‘sterke aanwijzingen dat Iran betrokken is bij twee moorden op Nederlands grondgebied, in 2015 in Almere en in 2017 in Den Haag’. Het ging om tegenstanders van het regime in Teheran. Het Openbaar Ministerie (OM) eiste voor de eerste moord 20 en 22 jaar tegen de verdachten voor die aanslag. In juni zette Nederland twee diplomaten van de Iraanse ambassade het land uit, maar daar werd destijds nog geen reden voor gegeven. Het ministerie van Buitenlandse Zaken bevestigde in januari dat de verdenking van de Iraanse overheid voor de twee moorden de reden was voor die uitzettingen.

Radicale ideeën op naschoolse lessen islam en Arabisch

Een andere bron van zorg is voor de AIVD de aanwezigheid van radicaal-islamitische docenten, die onderwijs gebruiken om hun radicale gedachtegoed te verspreiden onder jongeren. Zij zouden zich ‘sterk positioneren binnen het aanbod van het onderwijs voor jonge moslims’. Die worden volgens de inlichtingendienst vooral bereikt via naschoolse lessen over de islam en de Arabische taal.

De AIVD vreest dat dergelijke scholen op lange termijn de sociale cohesie onder druk zetten en de democratische rechtsorde ondergraven. ‘Waar voorheen slechts enkele gevestigde moskeeën en onderwijsinstellingen dit gedachtegoed verspreidden, is het aanbod inmiddels wijdvertakt,’ is de conclusie in het jaarverslag. Voorbeelden van dergelijke scholen en lessen worden niet gegeven.

De bijlessen ‘lijken op het eerste oog laagdrempelig en onschuldig,’ aldus de AIVD, maar zorgen voor ‘vervreemding van de samenleving’ omdat initiatiefnemers er ‘onverdraagzame en antidemocratische denkbeelden‘ op nahouden. Zowel jongeren die al in radicale kringen verkeren als leerlingen met een ‘gematigde’ achtergrond zijn daar vatbaar voor. Volgens de AIVD is er geen goed naschools islamitisch onderwijs.

Dinsdagmiddag reageerde de Blauwe Moskee in Amsterdam, waar wekelijks honderden studenten lessen Arabisch en islam volgen, verontwaardigd op de passages uit het jaarverslag. Hoofdimam Yassin Elforkani stelt dat de berichtgeving een ‘polariserend effect’ heeft, en vraagt AIVD-baas Dick Schoof om ‘gezien de ernst van de zaak’ te komen uitleggen waar de dienst de conclusies op baseert. Volgens Elforkani is het jaarverslag te algemeen, waardoor voor de moskee onduidelijk is wat er met de verspreiding van ‘radicale ideeën’ wordt bedoeld. ‘Waar heb je het precies over? Wie zijn dat dan? Anders kunnen we er niks mee.’

Nederland getroffen door terreur en jihadisme

Voor het eerst sinds de moord op Theo van Gogh door Mohammed Bouyeri kreeg Nederland vorig jaar te maken met terroristisch geweld, schrijft de AIVD. Sinds 2004 ‘bleef Nederland wat aanslagen betreft buiten schot’, maar in 2018 zijn volgens de dienst ‘willekeurig gekozen slachtoffers (…) bij steekincidenten op alledaagse, vrij toegankelijke locaties, met schijnbaar weinig voorbereiding’ opgevallen.

Lees deze column van Afshin Ellian Levensgevaarlijk: verwarde mensen die jihadisten nadoen

Zo stak de Syriër Malek F. op Bevrijdingsdag (5 mei) drie mensen neer in Den Haag, naar eigen zeggen omdat hij martelaar wilde worden. De Afghaan Jawed S., die een verblijfsvergunning had in Duitsland en met de trein naar Nederland reisde, stak op het centraal station in Amsterdam twee Amerikaanse toeristen omdat hij boos was op Geert Wilders. Kort daarvoor arresteerde de politie op station Den Haag Centraal een Pakistaan die een aanslag op de PVV-leider wilde plegen.

Ook wist de politie arrestaties te verrichten bij meer georganiseerde jihadistische netwerken, die worden verdacht van het voorbereiden van terroristische aanslagen. In juni betrof het drie personen in Rotterdam, van wie er twee worden verdacht van het voorbereiden van een terreuraanslag in Frankrijk, en die dat mogelijk ook in Nederland van plan waren. De meest in het oog springende arrestatie werd verricht in september: toen arresteerde de politie zeven jihadisten die behoorden tot een netwerk in Arnhem. Volgens de AIVD waren zij bezig met ‘een grootschalige terroristische aanslag op een evenement in ons land’.

Voor de komende periode waarschuwt de inlichtingendienst dat door het uiteenvallen van het ‘kalifaat’ van Islamitische Staat (IS) in Syrië het gevaar van terugkerende uitreizigers groter wordt. Ook is de AIVD beducht op aanslagplannen van Al-Qa’ida, dat ‘in de luwte van ISIS heeft [heeft] kunnen werken aan het versterken van zijn organisatie’. Al met al zou de jihadistische beweging in Nederland uit ruim 500 mensen bestaan, en sympathiseren ‘enkele duizenden personen in Nederland’ met jihadistisch gedachtegoed.

Politiek extremisme: onderscheid links-rechts moeilijker

De AIVD wijdt ook een hoofdstuk aan (politiek) extremisme, waarbij vooral opvalt dat de onderverdeling tussen ‘links’ en ‘rechts’ niet altijd meer goed valt te maken. Zo zijn er thema’s waarover beide politieke flanken zich druk maken, wat doorgaans voortkomt ‘uit onvrede over en wantrouwen jegens de overheid’. Genoemd worden protesten tegen het natuurbeleid in de Oostvaardersplassen en tegen de gaswinning in Groningen, maar volgens de AIVD is daarbij ‘hoogstens sprake van burgerlijke ongehoorzaamheid’. Meestal is daarom geen sprake van een dreiging voor de democratische rechtsorde.

Elsevier Weekblad cover editie 12 2019

Het coververhaal van vorige week gemist? Lees het hier terug: De Nederlandse burger is boos!

Vervolgens gaat de dienst kort in op de belangrijkste thema’s binnen ‘extreem-rechts‘ en ‘extreem-links‘. Op rechts richt de kritiek zich vooral op immigratie- en vluchtelingenbeleid, dat gelijk zou staan aan ‘islamisering’ en dus een gevaar zou opleveren voor de Nederlandse identiteit. Verder wijst de dienst erop dat zowel het anti-islamstandpunt als het anti-overheidssentiment sympathisanten aantrekt ‘die geen historie hebben met rechts-extremisme’.

Opvallend is dat de AIVD benadrukt dat kritiek op islam, immigratie of overheid op op zichzelf geen vorm is van rechts-extremisme, maar wel als die overgaat in ‘haatzaaien’, intimidatie en bedreigingen. Tot slot beschrijft het verslag de opkomst van etnisch-nationalistisch gedachtegoed; extremisten die zijn overtuigd van de blanke suprematie en een racistische, antidemocratische samenleving nastreven ‘waarin mensen niet als gelijk worden beschouwd’. Eenmaal werd het afgelopen jaar op basis van AIVD-informatie een extremist veroordeeld die geweld wilde gebruiken tegen moslims.

Op links is de kritiek op het immigratie- en asielbeleid juist dat het te streng zou zijn. Dat uit zich onder meer in niet-gewelddadig verzet tegen defensie-orderbedrijven en bedrijven die leveren aan grenswachten die de Europese buitengrenzen bewaken. Volgens de AIVD zijn acties tegen uitvoerders van het vreemdelingen- en asielbeleid als de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) minder hard gevoerd dan in voorgaande jaren.

Een opmerkelijke ontwikkeling is volgens de AIVD ‘de versnippering van ideologieën waarbij men terugvalt op de eigen identiteit’. Als voorbeeld worden zelfbenoemde antiracisten genoemd die strijden tegen de vermeende verderfelijke koloniale erfenis van Nederland, waarbij ze steun van ‘witte’ medestanders afwijzen.