Kamer debatteert over notulen ministerraad: hier gaat het over

29 april 2021Leestijd: 5 minuten
Demissionair premier Mark Rutte (VVD) en Kamerlid Pieter Omtzigt (CDA) begroeten elkaar in de Tweede Kamer. Foto: ANP.

De Kamer debatteert vandaag, donderdag 29 april, over de informatieverstrekking van het kabinet aan de Kamer in de kwestie van de affaire rond de kinderopvangtoeslagen. Waar gaat het precies om en wat kunnen we verwachten?

Dat het kabinet het parlement ronduit slecht informeerde en de Tweede Kamer zelfs tegenwerkte, werd al in december 2020 bekend bij de publicatie van het rapport Ongekend onrecht door de commissie-Van Dam, de parlementaire ondervragingscommissie onder leiding van toenmalig CDA-Kamerlid Chris van Dam. Die constateerde dat de grondbeginselen van de rechtstaat waren geschonden.

‘Op het hoogste niveau is de Tweede Kamer bij herhaling geconfronteerd met ontijdige, onvolledige en onjuiste informatie rond de kinderopvangtoeslag,’ oordeelde de commissie. De parlementaire democratie liep daardoor schade op en ook de media werden erdoor benadeeld, aldus de commissie.

Grote politieke gevolgen van rapport Commissie-Van Dam

De gevolgen van dit oordeel bleven niet uit: een maand na de publicatie van het rapport vertrok PvdA-fractieleider Lodewijk Asscher uit de Tweede Kamer wegens zijn rol in de affaire: als minister van Sociale Zaken was hij verantwoordelijk voor de nu zeer omstreden fraudejacht. Asschers vertrek maakte het voor het kabinet-Rutte III lastig om wel aan te blijven en een dag later trad het hele kabinet af. Het rapport Ongekend onrecht toont een zwarte bladzijde in de geschiedenis van de Nederlandse overheid, luidde het kabinetsoordeel.

Waarom dan nu nog een debat over de kwestie?

Dat is het gevolg van het uitlekken an notulen van de ministerraad via RTL Nieuws. Daaruit werd de tekortschietende informatievoorziening verder ingekleurd. Het leidde tot de roep in de Tweede Kamer om volledige openbaarmaking van de notulen. Het kabinet besloot dit bij uitzondering te doen en publiceerde de notulen afgelopen maandagavond, 26 april.

De 37 pagina’s bevatten verslagen van ministerraden in 2019. Daaruit blijkt hoe het kabinet worstelt met de steeds kritischer Kamerleden die vragen stellen over de toeslagenaffaire. Dat Kamerleden van regeringspartijen maar blijven doorvragen, stuit op kritiek in de ministerraad. Ze zouden meer moeten helpen de problemen op te lossen in plaats van maar door te blijven vragen en loyaliteit moeten betonen. De CDA-ministers Wopke Hoekstra en Hugo de Jonge proberen hun partijgenoot Pieter Omtzigt, het lastigste Kamerlid Pieter Omtzigt, vergeefs te ‘sensibiliseren’.

Bekijk het debat hier live. Lees verder onder de video

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

 

Wat valt er nog meer op aan de notulen?

Dat het kabinet zeer begaan is met de beeldvorming rond de kwestie. Telkens worden zorgen geuit hoe iets overkomt in de media en de vrees voor politieke schade. Staatssecretaris Menno Snel (D66) klaagt dat het lastig is ‘controle’ op het proces te krijgen, omdat telkens als hij zelf met nieuws komt, dat wordt overschaduwd door negatief nieuws dat de media over de affaire brengen.

Heden en verleden van notulen ministerraad

Thorbecke

Uit de notulen blijkt ook geworstel met de vraag hoe de voorgenomen splitsing van de Belastingdienst (de Douane en de dienst Toeslagen worden losgekoppeld) en de afschaffing van het toeslagensysteem op lange termijn zullen vallen. Gevreesd wordt dat dit wordt opgevat als een politieke afleidingsmanoeuvre.

Maar de afschaffing van het toeslagensysteem op termijn is begrijpelijk en onvermijdelijk. De Belastingdienst keert jaarlijks pakweg 7 miljoen toeslagen uit. Dit leidt tot grote uitvoeringsproblemen, bijvoorbeeld als burgers voorschotten moeten terugbetalen. Dat dit systeem niet langer houdbaar is, wordt breed gedeeld in de politiek. De vraag is alleen wat het alternatief is.

Gaat het debat daar ook over?

Nee, dat is het probleem met de Tweede Kamer. Die is meer bezig met profilering en politiek spektakel dan met wetgeving en de gevolgen van wetten. Terwijl de Kamer maar blijft praten over de tekortschietende informatievoorziening duren de problemen in de praktijk van uitvoeringsorganisaties voort. Het afgelopen februari gepresenteerde rapport hierover is nog altijd niet geagendeerd door de Tweede Kamer.

De informatieplicht niet nakomen, is toch ook een politieke doodzonde?

Dat klopt. ‘De ministers en de staatssecretarissen geven de Kamers elk afzonderlijk en in verenigde vergadering mondeling of schriftelijk de door een of meer leden verlangde inlichtingen waarvan het verstrekken niet in strijd is met het belang van de staat,’ zegt artikel 68 van de Grondwet. Over de reikwijdte hiervan vroeg de Kamer in 2019 nog advies aan drie hoogleraren.

Die constateerden dat de informatieplicht verder reikt dan het kabinet in een brief aan de Kamer stelde. In de kabinetsbrief werd geconcludeerd dat de ministerraad na intern beraad kan besluiten bepaalde informatie niet te verschaffen met als weigeringsgrond dat het ‘strijdig is met het belang van de staat.’

De hoogleraren concluderen ook dat persoonlijke beleidsopvattingen van ambtenaren ook verstrekt kunnen worden. Dat is een andere visie dan demissionair premier Mark Rutte (VVD) telkens ventileert. Hij vreest ambtenaren voor de bus te gooien, maar volgens de staatsrechtgeleerden hoeft de identiteit niet te worden prijsgegeven. Ze vinden ook dat staatssecretaris Snel – die in 2019 als gevolg van de kindertoeslagenaffaire aftrad – artikel 68 restrictief heeft toegepast, terwijl het ruimhartig zou moeten zijn.

Waartoe leidt het Kamerdebat?

De notulen illustreren dat alle coalitiepartijen hebben bijgedragen aan de tekortschietende informatievoorziening. De oppositie zal ze daar hard op aanvallen. Rutte zal controlezucht en gebrek aan dualisme worden aangewreven. Maar partijen die zelf ook hebben geregeerd, zullen beseffen dat dit een oud fenomeen is en geen uitvinding van de VVD-premier.

Worden Kamerleden vaker door hun partij tegengewerkt?

In coalitieland Nederland kan regeren alleen door compromissen te sluiten met andere partijen. Kritische Kamerleden van regeringspartijen hebben het altijd moeilijk. Ze worden geacht in het gareel te lopen. Niet voor niets noemde CDA-senator Ad Kaland zijn collega’s in de Tweede Kamer ‘stemvee.’ En schreef Kamervoorzitter Anne Vondeling in 1976 het boek Tweede Kamer: Lam of Leeuw?.

PvdA-Kamerlid Rob van Gijzel werd begin deze eeuw door PvdA-fractieleider Ad Melkert gemaand zich in te houden toen hij de bouwfraude op het spoor kwam en er voortdurend vragen over stelde. PvdA’er Rob Oudkerk kwam met dezelfde Melkert in aanvaring over de Bijlmerenquête. En nog in 2013 vertrok PvdA-Kamerlid Myrthe Hilkens uit de Kamer omdat ze zich niet kon verenigen met het asielbeleid van het kabinet-Rutte II. VVD-Kamerlid Helma Lodders, die in maart op eigen initiatief na bijna elf jaar de Kamer verliet, is verbaasd dat zij in de notulen van de ministerraad activistisch Kamerlid wordt genoemd. ‘Ik ben juist al die jaren betaald om kritisch te zijn.’

Levert het debat nog iets concreets op?

Er zal weer worden gezwaaid met moties van wantrouwen. Een zinloos gebaar aangezien het kabinet al is afgetreden en demissionair is. Eensgezinder zal de Kamer zijn bij het bepleiten van een nieuwe bestuurscultuur. De roep erom klonk de afgelopen weken al bijna tot vervelens toe.