De kerk die de Kuip is, kent helaas ook haar religieuze fanaten

09 april 2023Leestijd: 4 minuten
Supporters van Feyenoord tijdens de Halve finale van de TOTO KNVB Beker wedstrijd tussen Feyenoord en Ajax. Foto: Koen van Weel.

Het aanhangen van een sportclub is een vorm van kerkelijkheid. Hooligans die aanstekers afvuren op spelers van de tegenstander en haatdragende leuzen zingen, zijn religieuze fanaten. De clubcultuur gaat diep, zag Roos Verbrugh woensdagavond in de Kuip.

Feyenoord-fan zijn is een vloek en een zegen. Wie niet goed tegen zijn verlies kan, heeft over het algemeen niets te zoeken bij Het Legioen, de supporters van de Rotterdamse club. Maar het warme gevoel dat je bekruipt wanneer het team het veld op loopt en de Kuip begint te beven, is het dubbel en dwars waard.

Tot dusver was het een zeer succesvol seizoen voor Feyenoord. Dat was aanleiding voor veel spanning voorafgaand aan de wedstrijd in de halve finale van de KNVB-beker tegen Ajax, die woensdagavond 5 april in eigen huis werd gespeeld. Kijken naar ‘de klassieker’, dat is voor veel Feyenoord-fans vooral billen knijpen en hopen dat het goed valt.

Supporters zingen liederen voor de wedstrijd, zoals gelovigen bidden voor het eten

Al voor de wedstrijd hangt er een gespannen, maar ook vrolijke sfeer rond het Maasgebouw waar supporters zich verzamelen. Hoewel het een beladen wedstrijd is, heerst er altijd een fijne stemming onder bezoekers. Het bezoeken van de club is een belangrijke uitlaatklep. Er staan forse rijen voor de entree, een half uur voor aanvang van de wedstrijd. Kelen w0rden geschraapt en supporters zingen liederen over de club, zoals gelovigen bidden voor het eten.

Religie verbindt. Zelf groeide ik op in een niet-Rotterdams Feyenoord-gezin, waar het rood-witte geloof er met de paplepel in werd gegoten. Op jonge leeftijd kreeg ik dan nog niet veel mee van het voetbal-aspect, maar wel van de cultuur. De cohesie, de humor, het plezier. De clubliefde die leeft onder Feyenoorders, is uniek. Menig internationaal voetballer droomt ervan om eens in de Kuip te mogen spelen en die warme 90 minuten mee te maken. Wanneer Feyenoord uit speelt, schreeuwt die kleine groep supporters luidkeels over het thuisvak heen.

Religie werkt bindend, maar bevordert ook het extreme

Dat warme groepsgevoel is voor veel Feyenoorders van levensbelang. Even ontsnappen uit het dagelijkse leven, tussen mensen die allen staan voor één club. Aan de andere kant loopt het uit de hand tot dierlijk haantjesgedrag. Wie durft er net wat harder te schreeuwen, wie roept die ene foute leus. Wie trapt er iets kapot. Wie durft er een aansteker te gooien.

Zelf kijk ik toe vanaf een sta-tribune op de lange zijde. Dichter op het veld kan niet; je zit zowat bij trainer Arne Slot op schoot. Door geringe controle staan er ook veel mensen die een kaartje hebben voor een ander vak en is er geen ruimte voor iedereen. Er wordt veel geduwd, mensen proberen net een iets beter beeld te vangen van de wedstrijd. De spanning is op deze tribune wellicht het grootst. Wanneer een groep mannen op de stoeltjes gaat staan en het gezichtsveld blokkeert van mensen achter hen, wordt er iets van gezegd. Het mondt uit in een agressieve confrontatie. Twee mannen vliegen elkaar bijna in de haren.

Als er 21 seconden na de aftrap een donkere rookpluim uit vak S komt aandrijven, achter het doel, wordt de wedstrijd stilgelegd. ‘Doe dat nou niet jongens,’ roept stadionspeaker Peter Houtman. Er wordt gejoeld, het wordt weggelachen. Het vuurwerk is groter en extremer dan de rode en groene fakkels die er normaal, evenmin toegestaan, worden afgestoken. Het haalt het tempo uit de wedstrijd.

Tadic maakt een hatelijk eetgebaar naar Kökcü

De wedstrijd is rommelig. Arbiter Allard Lindhout fluit zeer onregelmatig. Er worden kansen gemist en er wordt tijd gerekt, wat tot grote irritaties leidt bij het publiek. Net voor de rust wordt de wedstrijd opnieuw stil gelegd, omdat er een ramadan-pauze wordt ingelast. De gemoederen lopen hoog op tussen Orkun Kökçü van Feyenoord en Dušan Tadić van Ajax. De twee hebben al een slechte voorgeschiedenis, ze weigerden elkaars hand te schudden, en krijgen het in de 62ste minuut flink aan de stok.

Tadić maakt een beledigend gebaar naar Kökçü, schijnbaar verwijzend naar de ramadan. Hij wijst naar de grond, en lijkt te suggereren dat Kökçü gras moet eten. Supporters zien het recht voor hun ogen gebeuren. Er wordt getierd en geraasd, biertjes worden op het veld voor de tribune gegooid. Niet veel later gooit een woedende 32-jarige supporter uit Roelofarendsveen zijn aansteker op het veld.

Het is niet de eerste keer dat er raak wordt gegooid

Dat de aansteker Ajacied Davy Klaassen raakt, en dat die een hoofdwond oploopt, is een zeer onnodig en triest incident. Het is niet de eerste keer dat er dingen (raak) worden gegooid. In 2017 werd (toen Feyenoorder, nu Ajacied) Steven Berghuis ook op zijn hoofd geraakt met een aansteker tijdens de klassieker in de Arena, het thuisstadion van Ajax. Zulk zinloos geweld hoort niet in de Kuip, of in welk ander voetbalstadion dan ook.

De cultivering van haatdragende leuzen – ‘Hamas, hamas, hamas, alle joden aan het gas,’ klinkt het – is net zo’n trieste ontwikkeling. Het zijn de twee gezichten van de club. Aan de ene kant een warme familie met dezelfde passie, hetzelfde geloof. Aan de andere kant voedt die cultuur een groep fanatici die het voetbal verpesten voor anderen. Doorgesnoven radicalen.

Nadat de wedstrijd is stilgelegd, spreekt priester John de Wolf de gelovigen vloekend toe. Maar nadat de wedstrijd wordt hervat, is de ziel er uit. Feyenoord verliest de wedstrijd. Het is tijd dat de voetbalterroristen hard worden teruggefloten door politie en bestuur.