Goed dat politiek eindelijk aandacht heeft voor zwijgende meerderheid

20 september 2023Leestijd: 5 minuten
Pieter Omtzigt (NSC), Caroline van der Plas (BBB) en Henri Bontenbal (CDA). Foto's: ANP

Politici die zich richten op de zwijgende meerderheid tussen de luide flanken, volgen een filosofie die in Den Haag al langer in opkomst is.

Overheid en politiek geven steeds meer aandacht aan het brede midden van de samenleving. Ook bij media is die trend waarneembaar. De flanken, die jarenlang het politieke debat bepaalden, raken uit beeld. Het brede midden, daar waar de redelijkheid zou heersen, staat weer centraal. Het wordt zelfs dringen in het politieke midden.

Er zijn inmiddels drie CDA’s, concludeerden commentatoren nadat de partijen hun plannen hadden ­bekendgemaakt. Het CDA bleek con­currentie te krijgen van twee klonen: BBB van Caroline van der Plas en Nieuw Sociaal Contract van Pieter Omtzigt. Voor overgebleven CDA’ers zal het moeilijk te verkroppen zijn dat twee populaire politici, beiden begonnen bij het CDA, er met het erfgoed van hun partij vandoor gaan.

Een mogelijke politieke herschikking volgt op jarenlange maatschappelijke onrust, onbehagen, boze burgers, elkaar napapegaaiende twitteraars en verontwaardigde en zelfs scheldende politici. Ze staan tegenover ­elkaar in Zwarte Piet-achtige discussies, en dragen sterke overtuigingen en meningen uit zonder naar ­elkaar te luisteren. In het rumoer van het wij-zij-denken lijkt de beroemde zwijgende meerderheid van burgers niet te bestaan. Maar die luidruchtige burgers en politici op de flanken die elkaar bevechten, zijn wel degelijk in de minderheid.

Kritische burgers geven zuurstof aan de democratie

Polarisatie is niet erg, integendeel. Kritische burgers hebben een belangrijke rol in de samenleving en geven zuurstof aan de democratie. Zij laten zich horen en vertolken de onvrede die bij een democratie hoort. Hun inbreng is goed voor het publieke en ­politieke debat. Beleidsmakers kunnen profiteren van meedenkende burgers die hun ideeën en kennis ven­tileren. En op grond van de discussie kunnen regering en volksvertegenwoordiging tot compromissen komen (als ze tenminste luisteren). Wat een weelde. Een hard debat is van alle tijden en hoeft niet erg te zijn. Maar ­verruwing van het publieke debat is een ander verhaal, en leidt tot een dusdanige vijandige sfeer dat het gevaarlijk wordt.

Zie hoe bedreigingen tieren. Niet alleen politici en andere overheidsdienaren hebben ermee te maken, ook journalisten en zelfs bedrijven, zoals windmolenbouwers en een fossiel bedrijf als Shell.

Problematisch is – althans, zo wordt het in Den Haag ervaren – dat het gezag van de overheid weg is. Tegelijk staan overheidsdienaren in de frontlinie. Als burgers zich met verbaal en soms fysiek geweld storten op die dienders, ambtenaren of politici, is polarisatie opeens heel wat minder weldadig.

‘De’ burger is niet zo eenvoudig te vinden

Hoe de onvrede en woede onder burgers tegemoet te treden? De overheid – en ook de omroepen, waarvan journalisten op reportage niet meer veilig waren – zochten een strategie om daarop een antwoord te formuleren.

‘De’ burger is niet zo eenvoudig te vinden. Die zit in een eigen bubbel. Hij komt er even uit om zich te laten horen, om vervolgens weer in die bubbel te verdwijnen. Of hij uit zich helemaal niet. Een uitgangspunt van het Haagse communicatiebeleid is daarom goed luisteren, signalen oppikken en uitvinden waar het onbehagen vandaan komt. En in een vroeg stadium burgers raadplegen.

Een idee dat aan populariteit wint bij de overheid, en ook wordt gepromoot door werkgeversclub VNO-NCW, is focussen op het brede midden. Niet op de schreeuwers in kwesties waarover grote verdeeldheid heerst, zoals het vaccinatiebeleid in coronatijd, klimaatmaatregelen en het immigratiebeleid, maar op de meerderheid die voor rede vatbaar is. Op het constructieve midden, dat groter is dan de polen die dat midden flankeren.

Een hele belangrijke groep bij polarisatie is de ­silent

‘Op de polen heb je de pushers,’ onderwijst filosoof Bart Brandsma in zijn depolarisatie-masterclasses, die populair zijn bij de overheid en bedrijven. ‘Geert Wilders is een pusher: “Moslims zijn terroristen.” In een echte polarisatie heb je ook joiners. Dat zijn ­degenen die zeggen: “Ik ben het niet ­helemaal met hem eens, maar hij heeft wel een punt.” Een hele belangrijke groep bij polarisatie is de ­silent. In dat midden zitten heel veel verschillende soorten mensen. Maar ze delen een handicap: zij zijn stil en onzichtbaar. En er is een vierde groep: bruggenbouwers die tussen de partijen gaan staan, en uiteindelijk boven hen. Ze kijken of ze aan twee kanten het wereldbeeld kunnen repareren.’

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Maar die polen bij elkaar brengen, is onmogelijk. Hoe dan te ­depolariseren als de polarisatie ­extreem toeneemt?

Brandsma leert rijksambtenaren – en ook ministers, politie, burgemeesters, officieren van justitie, ­docenten en jeugd- en buurtwerkers – het midden te versterken, in plaats van de polen te bestrijden. Om zich te concentreren op het vinden en benoemen van het echte vraagstuk, en zich daarin geloofwaardig en kwetsbaar op te stellen. Hij tipt ze ook om het oordeel op te schorten en een milde toon te kiezen.

Dus weg met de bruggenbouwers die partijen dichter bij elkaar willen brengen. Wie zich richt op de ‘polen’ versterkt ze, terwijl juist dat stille midden aandacht verdient. Zoals de veelgeroemde VVD-klusjesman Johan Remkes depolariseerde, toen hij met de boeren onderhandelde over een oplossing voor het stikstofvraagstuk. Je richten op het stille midden is een strategie die ook wordt toegepast door ondernemers die met polarisatie op de werkvloer hebben te maken.

Streven de Rijksoverheid en al die anderen die zich trainen in ­depolariseren dan naar een samenleving zonder conflicten en polarisatie? ‘Vrede is niet de afwezigheid van conflicten, maar een lange rij van conflicten waar je goed mee bent omgegaan,’ zei filosoof Brandsma hierover in dagblad Trouw.

Het stille midden is de meerderheid die nog voor rede vatbaar is

Leve het stille midden, de meerderheid die nog voor rede vatbaar is: het lijkt het nieuwe maatschappelijke adagium. De kunst is om dat wat leeft in dat stille midden tijdig te herkennen. Dat is een kwestie van luisteren naar hun zorgen over de over­belaste zorg, de ongebreidelde immigratie en de eigen ontoereikende portemonnee.

Makkelijk? Het kan nog tegenvallen om de vocale burger min of meer te negeren en het redelijke midden goed ‘uit te luisteren’.