Terreurbestrijders DSI mogen Belgische grens over zonder ‘aanhoudingsvuur’

DSI rijdt met Duitse auto's die gepantserd zijn. De 'pak' is de auto waarin verdachten worden afgevoerd. Foto: ANP

De terrorismebestrijders van de Dienst Speciale Interventies bereiden zich voor op eventuele acties in België. Het onlangs van kracht geworden Benelux-politieverdrag maakt dit mogelijk. De DSI zal op Belgisch grondgebied bijstand verlenen aan de Belgische collega’s van de DSU. Defensieredacteur Eric Vrijsen doet verslag.

In Nederland bestaat de DSI uit manschappen van de politie, het Korps Mariniers, het Korps Commandotroepen en de Koninklijke Marechaussee. In België is de terrorismebestrijding een taak van de DSU (in het Vlaams: Directie Speciale Eenheden, in het Frans Direction des Unités Spéciales). De DSU vormt een speciaal onderdeel van de Federale Politie, waarin ook de voormalige Rijkswacht is geïntegreerd.

In een reactie op terroristische aanslagen in België en Nederland werd een nieuw politieverdrag gesloten in Benelux-verband. In geval van nood kunnen de terreurbestrijders elkaar over de grens bijstand verlenen. Ook kunnen zij een achtervolging over de grens voortzetten. Na jarenlange parlementaire procedures werd het Benelux-politieverdrag per 1 oktober van kracht.

België staat geen ‘aanhoudingsvuur’ toe

Volgens een bron bij de DSI vergt een eventuele inzet in België de nodige aanpassing. In Nederland mag de politie ‘aanhoudingsvuur’ gebruiken. Een verdachte van een ernstig misdrijf die op het punt staat te worden gearresteerd en op de vlucht slaat, mag in de benen worden geschoten. In België is ‘aanhoudingsvuur’ ontoelaatbaar. In een situatie van noodweer mag de Belgische politie uiteraard wel het vuur openen. Zodra DSI-operatives de Belgische grens passeren, gelden de Belgische wetgeving en geweldsinstructies.

In België wordt met bewondering gesproken over de Nederlandse zusterdienst DSI. De uitrusting van de Nederlandse terreurbestrijders is zeer up-to-date. Er werd de afgelopen jaren niet op bezuinigd en de aanschafprocedures verlopen niet al te stroef-bureaucratisch. In een soort bewapeningswedloop met terroristen moet immers niet al te lang worden gedelibereerd over het verwerven van noodzakelijke spullen.

Informatievoorziening DSI razendsnel

Ook de informatievoorziening van de DSI verloopt razendsnel. De ‘informatiecel’ van de DSI overziet vanuit een geheime locatie in Midden-Nederland tijdens crisissituaties alle overheidscommunicatie en beschikt zo nodig over alle plattegronden van onroerend goed. De informatie wordt onmiddellijk doorgezet naar de bevelvoerend commandant ter plekke.

DSI-agenten nemen hun dienstwapen en uitrusting mee naar huis en zijn 24/7 inzetbaar in heel het land. Bij incidenten staat de gewone ‘blauwe’ politie vaak versteld van de reactietijd: ‘Hoe kunnen jullie nu al hier zijn?’

De Belgische collega’s van de DSU kijken met enige afgunst naar de snelheid van het DSI-optreden. Toen op 28 september Fouad L. dood en verderf zaaide in zijn straat in Rotterdam en in het Erasmus Medisch Centrum, was de DSI in negen  minuten ter plekke. De Belgische collega’s zeiden toen in de media dat ‘dit bij ons uren zou hebben geduurd, want wij moeten eerst naar de kazerne rijden om onze uitrusting te halen’.