Het Hoofdlijnenakkoord belooft ‘het strengste toelatingsregime voor asiel en het omvangrijkste pakket voor greep op migratie ooit’. Maken de vier partijen de plannen voor migratie ook waar?
Het antwoord op die vraag luidt: op papier wel, ja. Een belangrijke relativering: er is weinig voor nodig om strenger te zijn dan eerdere regeringen.
Om de ‘strengheid’ van het asiel- en migratiepakket van het Hoofdlijnenakkoord van PVV, VVD, NSC en BBB te bepalen, is van belang waarmee je het precies vergelijkt. Vergelijk je het met het verkiezingsprogramma van de grootste partij van de vier, de PVV, dan valt vooral op wat er allemaal niet in staat.
Er komt geen ‘asielstop’, er worden geen vluchtelingenverdragen opgezegd, de grensbewaking wordt niet ‘in ere hersteld’. Evenmin komt er een tewerkstellingsvergunningplicht voor arbeidsmigranten van binnen de Europese Unie. Wel gaat de ‘dwangwet’ van tafel, zoals Wilders’ partij haar kiezers beloofde.
De Zweedse weg voor migratie
Hoewel er meer PVV-beloftes niet zijn gerealiseerd dan wel, is dit asiel- en migratiepakket een radicale trendbreuk in vergelijking met de voornemens van vorige regeringen. Je zou kunnen zeggen dat Nederland kiest voor de Zweedse weg.
Als het gaat om asielbeleid, verwezen voorstanders van een strenger regime vaak naar Denemarken als voorbeeldland. Maar dat land kan door zijn opt-out inzake EU-regelgeving meer dan andere EU-landen. Zweden, onder de nieuwe regering van rechts en radicaal-rechts, is een beter voorbeeld.
Net als Zweden kiezen PVV, VVD, NSC en BBB voor asielbeleid dat zich voegt naar de relevante internationale verdragen en EU-richtlijnen, maar zoeken deze partijen wel de ondergrens op. Meer nog dan Nederland – dat pas de laatste paar jaar binnen de EU de hoogste inwilligingspercentages voor asiel had – was Zweden altijd een van de ruimhartigste EU-landen.
Asielcrisiswet
Naast het intrekken van de Spreidingswet – wat niet helemaal als een verrassing komt – springt de tijdelijke Asielcrisiswet die de vier partijen willen, het meest in het oog. Er zal de komende tijd ongetwijfeld veel reuring over zijn.
De steun voor zo’n tijdelijke noodwet – een jaar geleden al door dit weekblad bepleit – groeide de afgelopen tijd gestaag, in het licht van de problemen in Ter Apel, de opvangcrisis bij het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) en de gigantische achterstanden bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). VVD en later ook BBB speelden al langer met de gedachte. Van de vier partijen had de NSC-fractie eind vorig jaar nog juridische bedenkingen, maar die zijn blijkbaar overwonnen.
Een ‘asielstop’ zoals Wilders wilde, behelst zo’n crisiswet nadrukkelijk niet. De partijen willen twee jaar de tijd nemen om – eerst met een algemene maatregel van bestuur, en daarna met beperkende crisismaatregelen onder de vlag van die crisiswet – het asielstelsel te hervormen, en zo de inwilligingspercentages onder het EU-gemiddelde te brengen. In die tijd wordt de behandeling van nieuwe asielaanvragen ‘opgeschort’: een ‘asielbeslisstop’.
Dat is geen ‘asielstop’. Asielverzoeken registreren kan nog steeds en er gaat geen asielzoekerscentrum dicht. In de wollige formulering van het Hoofdlijnenakkoord: ‘Het recht op opvang zal gedurende de opschorting gedifferentieerd worden beperkt en sterk worden versoberd.’
Hoofdlijnenakkoord bestempelt migratie nog snel als crisis
Wat dat concreet inhoudt, zal moeten blijken. Uit de toelichting van PVV-leider Geert Wilders bij de presentatie van het akkoord kan worden afgeleid dat de vier partijen hopen dat alleen al de aankondiging van strenger beleid een ‘afschrikwekkende werking’ zal hebben. Wat zal moeten leiden tot minder asielzoekers, en daarmee tot minder druk op de overbelaste en ontwrichte asielketen.
Die termijn van twee jaar komt niet uit de lucht vallen. Het is de laatste kans voor Nederland om zelf uit te maken of er een nationale ‘asielcrisis’ is. Vanaf 2026, met het nieuwe Asiel- en Migratiepact van de EU, gaat Brussel daar over.
Overigens wees NSC-leider Pieter Omtzigt er bij de presentatie van het Hoofdlijnenakkoord terecht op dat het – door de problemen bij de overbelaste IND – nu al vaak veel langer dan een jaar duurt voor asielzoekers duidelijkheid krijgen over hun asielaanvraag.