Aan succesvolle nieuwe Nederlanders: zeur niet, wees rolmodel!

28 augustus 2017Leestijd: 3 minuten
Azarkan (L) en Elatik Foto: ANP

Jammer dat succesvolle nieuwe Nederlanders, waar hij oprecht bewondering voor heeft, de pijlen op Nederland richten, vindt Philip van Tijn. Ze kunnen beter hun voorbeeldfunctie gebruiken.

Tussen de zonnestralen door las ik afgelopen weekeinde twee artikelen in twee ‘kwaliteitsbladen’. In de Volkskrant een interview met Fatima Elatik -voormalig voorzitter van een Amsterdams stadsdeel en een spin in het web van de Amsterdamse PvdA-politiek- door Robert Vuijsje, een zelfbenoemde expert diversiteit.

En in de NRC een tweegesprek tussen Farid Azarkan, lid van de Tweede Kamer voor Denk, en Semiha Denktas, sinds kort hoogleraar gezondheidspsychologie. Alle drie geboren begin jaren ’70; Elatik in Amsterdam, Azarkan in het Rifgebergte, Denktas in Istanbul.

Nikki Sterkenburg over gesloten bolwerk in Amsterdam: de-radicaliseren vergt openheid over resultaat

Er deugt niet heel veel

Het is natuurlijk onmogelijk om ook maar een poging te doen tot een samenvatting van wat in zeven (7!) pagina’s gezegd wordt. Laat ik het anders benaderen. Stel dat ik dit alles zou lezen zonder enige (voor)kennis over Nederland, hoe zou ik dat land aan de Noordzee dan zien door de ogen van deze drie ‘nieuwe Nederlanders’? Als de hel op aarde zou wat overdreven zijn, maar dat er heel veel niet deugt is volkomen duidelijk.

Mevrouw Elatik heeft een goede vriendin, Saadia A.-T., een hoge functionaris bij de gemeente Amsterdam, onlangs geschorst in afwachting van een strafrechtelijk onderzoek naar corruptie en plichtsverzuim. Onbegrijpelijk, zoals Elatik zelf destijds moest aftreden wegens een financieel débacle, waar zij part noch deel aan had! Zij heeft het dan ook over een ‘Marokkanenjacht’  en zegt vertwijfeld met een on-Nederlands gevoel voor dramatiek: “Dit is de prijs die ik betaal!” — en dat “voor al die jaren dat ik bezig was om de wereld te redden.”

Negatief beeld moslims

Denktas en Azarkan voelen zich niet aangevallen en in de hoek gedrukt, maar zij richten niettemin hun pijlen op de Nederlandse samenleving. Een samenleving van ’witte mannen’ — “voor mensen met een migratie-achtergrond is er niks”. Van de burgemeesters heeft maar 0,3% een migratie-achtergrond en onder professoren is het ook al niet best. Daarom liever vandaag dan morgen positieve  discriminatie-quota: 20%, gelijk aan het aandeel in de totale bevolking (hé, wat raar, in andere issues lees ik steeds dat het aandeel ‘allochtonen’ schromelijk wordt overdreven!)

En dan dat schandelijke slavernijverleden waardoor Nederland wordt getekend. Daarover niks geleerd op school, maar wel naar de ander wijzen! En wat ook zo schandelijk is: “In 1980 keek 10% van de bevolking negatief tegen moslims aan, nu is dat 44%”, aldus Azarkan. Hoe zou dat toch in godsnaam komen? — ik kom er niet uit.

Nederlanders vinden het lastig om kritisch naar zichzelf te kijken, zegt prof,. Denktas. Heel anders dan zijzelf: zij weigert een (kritisch) woord te spreken over het Turkije van vandaag. Want: “zonder kennis van de geschiedenis van Turkije is een gewogen oordeel onmogelijk.” Wat grappig, want mét kennis van de geschiedenis weet je natuurlijk alles over het gruwelijke slavernij-verleden van het Ottomaanse Rijk (het huidige Turkije), misschien alleen overtroffen door de slavenhandel aan de Barbarijse kust, het huidige Marokko.

Oprechte bewondering

Maar al die hele en halve leugens, al die krompraterij, al die selectieve perceptie en verontwaardiging neem ik nog wel op de koop toe. Er is iets veel ergers. Elatik, Denktas en Azarkan hebben het op vrij jonge leeftijd ver gebracht in onze samenleving. En ik zal niet zo flauw zijn om mij af te vragen of daarbij positieve discriminatie in het spel is geweest.

Uit het weekblad – denkend aan zetels: dit is de achterban van DENK

Nee, ik heb er oprechte bewondering voor. Ze hebben dat allereerst aan zichzelf te danken en wellicht ook aan hun ouders en hun opofferingen. Maar toch ook aan het ontvangende land, waar ze hoe dan ook de kansen hebben gekregen, meteen op school zijn opgevangen, waarschijnlijk met extra ondersteuning en hulp. Daarvoor hoeven ze mij niet te bedanken, maar dat beschimpen, beschuldigen en vooral dat verongelijkte is ook niet nodig.

Verwijt niet Nederland het onvermogen kritisch naar zichzelf te kijken, maar doe het zelf! Zeur niet over 0,3% van de burgemeesters, maar wees trots dat een jongen die op zijn 15e uit het Rifgebergte kwam nu burgemeester is van de  tweede stad van ons land, een van de grootste havensteden. Gebruik je voorbeeldfunctie! Wees rolmodel!