Geachte Hans Mommaas, wees duidelijk over biomassa

PBL-directeur Hans Mommaas. Foto: ANP.

Publicist en communicatieadviseur Onno Aerden geeft wekelijks ongevraagd advies aan iemand in het nieuws. Deze week aan Hans Mommaas, directeur van het Planbureau voor de Leefomgeving. De presentatie van uw onderzoek naar biomassa was halfzacht – dat moet anders.

De meningen scheiden van de feiten. Dat beoogde het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), waarvan u directeur bent, met een rapport over het gebruik van biomassa als energie-opwekker. Over het kappen en verbranden van bomen en afval als alternatief voor fossiele brandstoffen lopen de gemoederen van links tot rechts hoog op. Een binnen twee weken zeven miljoen keer bekeken online-documentaire van de Amerikaanse filmers Michael Moore en Jeff Gibbs over de onzalige effecten van biomassa-stook op de ecologie, leidde juist de afgelopen weken opnieuw tot discussie.

PBL moet orde scheppen in chaos, maar doet het tegenovergestelde

Onno Aerden

Publicist en communicatieadviseur Onno Aerden geeft wekelijks ongevraagd communicatie-advies aan iemand (m/v) die de publiciteit haalde.

Goed dus dat u orde in de chaos schept – dat hoort ook bij een rijksinstituut. Zou je denken.

Maar dan uw wetenschappelijk onderzoeker Bart Strengers, gisterochtend op Radio 1, het medium van keuze voor de presentatie.

Hij had allerlei deskundigen gesproken en vierhonderd rapporten bestudeerd. Conclusie: ‘Aan de ene kant ziet men risico’s van biomassa (…), aan de andere kant ziet men het als een kans.’

Zo lust ik er nog wel een.

Dé vraag in biomassadiscussie: is het niet schadelijker dan fossiel?

Het hete hangijzer in de biomassa-discussie is de vraag of het opstoken van enorme hoeveelheden gezonde bomen voor een geringe energieopbrengst schadelijk is voor de biodiversiteit – om niet te zeggen, schadelijker dan fossiele energie. Terwijl de biomassa-industrie de komende jaren met miljarden euro’s wordt gesubsidieerd.

Dat is precies de kritiek van Moore en Gibbs. Strengers: ‘Of dit structureel plaatsvindt, vind ik moeilijk om te beoordelen. Voor zover ik kon zien, is dat niet zo.’ Een vermoeden, een natte vinger: dat is toch geen manier van presenteren? Toegenomen luchtvervuiling door de massale stook dan. ‘Daar zie je ook twee posities.’ Kortweg: ja, en nee.

De journalist probeert nog: was het niet beter geweest om feiten geserveerd te krijgen? Antwoord: ‘Vaak is iets niet waar of niet waar.’

Uw planbureau doceerde gisteren iedereen die publiekelijk naar buiten wil met zijn of haar bevindingen: presenteer pas resultaten als die duidelijk genoeg zijn voor een heldere onderbouwing. Resultaten die richting geven en handelingsperspectief bieden.

Rapport over biomassa geeft iedereen argumenten voor zijn eigen gelijk

Dit rapport spaart de kool en de geit, iedereen kan er argumenten uit halen voor zijn eigen gelijk. Maar ja, zei Strengers op de radio: ‘Volledige consensus is heel erg moeilijk. Want er zijn groepen die tegen iedere vorm van biomassa zijn.’ Ja, en dus? Moest uw onderzoek consensus opleveren? Onzin. Dat bleek ook meteen: de groeiende anti-biomassa-lobby sabelde het rapport, dat een beleidsadvies van de Sociaal-Economische Raad moet stutten, meteen neer: ‘politiek rapport’, pro-biomassa.

Politiek en burgers vragen op dit onderwerp om richting. Om criteria: wat voor biomassa is wél geschikt, wat is een realistisch aandeel van biomassa voor de gewenste duurzamere samenleving? Zijn er, al met al, niet veel zinvollere alternatieven? Dat vergt een strakke, heldere presentatie.

U had uw onderzoeker voor deze publicitaire misser moeten hoeden door met de persronde te wachten totdat u meer zekerheid kon geven. Vooralsnog is de documentaire van Moore en Gibbs een stuk overtuigender dan dit werkstuk.