Dit zeggen politieke partijen over wetenschap in verkiezingsprogramma’s

13 oktober 2025
laboratorium

In dit artikel

De feiten: Standpunten politieke partijen over wetenschap in de verkiezingsprogramma's

Met de Tweede Kamerverkiezingen in aantocht maakten de politieke partijen de afgelopen maanden hun verkiezingsprogramma’s openbaar, met daarin hun visie op belangrijke maatschappelijke kwesties.

Behalve over grote thema’s als gezondheidszorg, migratie, woningbouw en onderwijs hebben veel – maar lang niet alle – partijen ook een apart standpunt over wetenschap.

Wetenschap bepaalt koers beleid

Wetenschap bepaalt achter de schermen de koers van veel beleidsmaatregelen. Hoe partijen daarover denken, zegt iets over hun visie op vooruitgang, kennis, en de rol van de overheid daarin.

EW dook in de programma’s voor de komende verkiezingen van veertien partijen en bekeek wat die zeggen over wetenschap.

Wie zegt wat over wetenschap in zijn verkiezingsprogramma?

Bron: De verkiezingsprogramma's van de PVV, GroenLinks-PvdA, het CDA, de VVD, D66, BBB, Volt, de SGP, NSC, ChristenUnie, de SP, FVD, JA21 en PvdD,
  • ‘Bacheloropleidingen moeten weer volledig in het Nederlands worden gegeven,’ schrijft de PVV. Over wetenschap staat niets in het verkiezingsprogramma, wel over het mbo en het hoger onderwijs. De PVV wil een maximale inperking van studiemigratie naar ons land. Ons onderwijs is er voor de Nederlanders, niet voor buitenlandse studenten die na hun studie weer vertrekken.’
  • ‘Na jaren van afbraakbeleid moet er weer ruimte komen voor onderzoek en innovatie,’ schrijft GroenLinks-PvdA. ‘We investeren fors in wetenschappelijk onderzoek. We werken toe naar de Lissabon-doelstelling om 3 procent van ons nationaal inkomen aan onderzoek en innovatie te besteden. Hierbij is regionale samenwerking tussen universiteiten, hogescholen en het mbo van groot belang.’
  • Ook het CDA vindt dat Nederland moet voldoen aan de Lissabon-doelstelling. ‘Daarvoor investeren we in wetenschappelijk en toegepast onderzoek en valorisatie dat zich richt op de sleuteltechnologieën van de toekomst, zoals AI, quantum-computing, groene chemie, batterijtechnologie en biotechnologie.’
  • We versterken de samenwerking met universiteiten en kennisinstellingen zodat hun innovaties bijdragen aan duurzame economische groei,’ schrijft de VVD. ‘Een voorbeeld hiervan is de mogelijke komst van de Einstein Telescoop in Zuid-Limburg, waarmee Nederland een leidende rol krijgt in grensverleggend wetenschappelijk onderzoek en we internationale wetenschap direct koppelen aan regionaal ondernemerschap.’
  • D66 wil dat Nederland weer koploper wordt in onderzoek en innovatie,’ schrijft de partij. ‘Daarom draaien we eerdere bezuinigingen terug én investeren we extra in de wetenschap. Een groot deel van dit geld gaat direct naar universiteiten, hogescholen en onderzoeksinstellingen. Zo krijgen zij de ruimte voor het onderzoek dat nodig is.’
  • BBB is van mening dat de Rijksoverheid moet blijven investeren in de versterking van wetenschappelijk onderzoek, zodat een langetermijnvisie kan worden ontwikkeld voor de diverse grote vraagstukken van onze maatschappij.’ Verderop staat dat wetenschap zonder vermenging van financiering door belanghebbenden en zonder vermenging met politieke meningen het uitgangspunt is. De waarheid is niet te koop met onderzoeksubsidies.’
  • ‘We draaien per direct de bezuinigingen op het onderwijs terug en verhogen het totale budget voor onderwijs, onderzoek en wetenschap,’ is te lezen bij Volt. ‘We investeren dit geld in de basis van onze kenniseconomie, het menselijk kapitaal van ons land.’
  • ‘De Nederlandse taal wordt versterkt als voertaal in het hoger onderwijs, zeker in de bacheloropleiding. De gezamenlijke inzet van instellingen om hun Engelstalige opleidingen kritisch door te lichten en waar gepast om te zetten in Nederlandse opleidingen wordt verder versterkt door bestuurlijke afspraken met de minister. Er komen strengere normen voor beheersing van het Nederlands door buitenlandse studenten en docenten,’ schrijft SGP. Verder wil de partij dat embryokweek voor wetenschappelijke doeleinden verboden blijft.
  • ‘Om de positie van Nederland als kennisland te behouden, is een substantieel budget voor fundamenteel wetenschappelijk onderzoek en kennisvalorisatie van belang,’ schrijft NSC. De partij vindt bovendien dat Nederland moet voldoen aan de Lissabon-doelstelling: We steunen het nieuwe Horizon Europa-programma als zelfstandig programma. We houden vast aan het R&D-doel van 3 procent van de economie.’
  • ‘Investeringen in wetenschap en onderzoek zijn nodig als we ons als land willen blijven ontwikkelen, in lijn met de Lissabon-doelstelling van 3 procent. Innovaties zijn nodig om de omslag naar een ecologisch verantwoorde en competitieve economie te maken waarin we op een duurzame manier samenleven, consumeren en produceren,’ aldus de ChristenUnie.
  • De SP schrijft: ‘We investeren fors in fundamenteel en onafhankelijk onderzoek. Niet alles hoeft direct toepasbaar of rendabel te zijn. Wat telt is het vertrouwen in de maatschappelijke waarde van kennis. Want alleen als onderzoekers zich niet voortdurend hoeven te bewijzen tegenover de markt, kunnen ze echte vernieuwing tot stand brengen.’
  • ‘We herstellen het Nederlands als hoofdtaal in het wetenschappelijk onderwijs, zodat studenten zich allereerst in hun eigen taal op hoog niveau leren uitdrukken,’ zet FVD in zijn verkiezingsprogramma. En: ‘Het aanzien van het hbo moet worden versterkt als volwaardig traject naast het wetenschappelijk onderwijs, in plaats van als opstap naar de universiteit.’
  • ‘Nederland staat wereldwijd bekend om de hoge kwaliteit van het hoger onderwijs. Voor ons land als kenniseconomie is het van absoluut belang dat we deze toppositie weten te behouden. De bezuiniging op het wetenschappelijk onderwijs van 500 miljoen euro moet wat JA21 betreft dan ook ongedaan worden gemaakt,’ schrijft de partij van Joost Eerdmans in het verkiezingsprogramma.
  • ‘De Partij voor de Dieren stelt de kwaliteit van het onderwijs op hogescholen en universiteiten centraal. Universiteiten zijn daarnaast kennisinstellingen waar veel onderzoek wordt gedaan. We beperken de invloed van bedrijven en multinationals hierop, want goed onderzoek dient allereerst de belangen van de maatschappij en de onafhankelijke wetenschap, niet die van het kapitaal. Door vrij en onafhankelijk onderzoek te stimuleren, vergroten we het vertrouwen in de wetenschap.’

EW's visie: Welke politieke partijen willen investeren in wetenschap?

Door: Laurien Onderwater

Na het uitpluizen van de verkiezingsprogramma’s springt één onderdeel er meteen uit: zowel links als rechts wil meer investeren in onderzoek en innovatie. GroenLinks-PvdA, D66, CDA, Volt, ChristenUnie, NSC en JA21 benadrukken allemaal dat de wetenschap moet worden versterkt.

Bezuinigingen terugdraaien

Daarbij willen Volt, JA21, GroenLinks-PvdA en D66 dat de bezuinigingen op het (wetenschappelijk) onderwijs van het huidige demissionaire kabinet met directe ingang worden teruggedraaid.

Waar dat geld vandaan moet komen? GroenLinks-PvdA wil een eerlijke bijdrage vragen aan de topinkomens, vermogenden en meest winstgevende bedrijven’, D66 wil een terugverdienregeling voor publiek of semipubliek gefinancierd onderzoek.

Lissabonstrategie: de NAVO-norm van de wetenschap

Verder verwijzen CDA, GroenLinks-PvdA, NSC en ChristenUnie expliciet naar de Lissabon-strategie van de Europese Unie, die in 2000 werd gelanceerd. Daarin stond dat landen minimaal 3 procent van het bruto binnenlands product (bbp) moesten besteden aan onderzoek en ontwikkeling.

Momenteel steekt Nederland 2,2 procent van het bbp in onderzoek en ontwikkeling, schreef minister van Economische Zaken Vincent Karremans deze zomer nog in een Kamerbrief. Om dat percentage te verhogen naar 3 is 14,9 miljard euro aan private en publieke investeringen nodig.

Hoewel de Lissabon-strategie officieel in 2010 afliep, verwijzen de vier partijen er nog steeds naar om te benadrukken dat Nederland fors moet investeren in onderzoek en ontwikkeling.

Er is, kortom, een breed draagvlak onder politieke partijen om meer te investeren in wetenschap. Een mooie ontwikkeling.

Weinig aandacht voor wetenschap

Lang niet alle partijen besteden evenveel aandacht aan wetenschap in hun verkiezingsprogramma. De PVV gebruikt de term wetenschap’ helemaal niet, in het programma van FVD staat het woord slechts vier keer. Ook de SGP is er zuinig mee.

De drie partijen concentreren zich vooral op het Nederlands als hoofdtaal in het hoger en wetenschappelijk onderwijs. Het aantal buitenlandse studenten dat hier wil studeren, moet worden ingeperkt, evenals het aanbod aan Engelstalige opleidingen.

Internationalisering tegengaan

Naast PVV, FVD en SGP vinden ook BBB en VVD dat er minder buitenlandse studenten naar Nederland moeten komen. GroenLinks-PvdA heeft het over ‘beter sturen op de internationalisering van het onderwijsaanbod’.

Internationalisering mag niet ten koste gaan van Nederlandse studenten. Tegelijk kan het tegengaan van die internationalisering leiden tot verarming van de wetenschap. Veel vakgebieden houd je alleen op sterkte als ook buitenlandse studenten erbij worden betrokken.

Nederlands de hoofdtaal

Dat het Nederlands de hoofdtaal op hogescholen en universiteiten moet zijn, is eveneens een breed gedragen voornemen. Onder meer JA21, CDA en SP noemen dat in hun verkiezingsprogramma.

Toch ontbreekt hier nuance, want niet alle opleidingen zouden volledig in het Nederlands moeten worden gegeven. Bètastudenten hebben bijvoorbeeld wél baat bij Engelstalige opleidingen, die een betere voorbereiding bieden op de toekomstige arbeidsmarkt.

Onafhankelijke wetenschap

Tot slot benadrukken SP, Partij voor de Dieren en BBB terecht het belang van vrij en onafhankelijk onderzoek. De partijen waarschuwen dat wetenschap te afhankelijk is geworden van bedrijven en andere belanghebbenden. ‘Dat ondermijnt niet alleen de integriteit van de wetenschap, maar ook het vertrouwen van de samenleving,’ aldus de SP.

En juist dat herstel van het vertrouwen in de wetenschap is nu belangrijker dan ooit.

Verdere verdieping: Vrouwen in de medische wetenschap

Wat er verder uitspringt is dat een paar partijen – zowel linkse als rechtse – in hun programma’s pleiten voor meer aandacht voor vrouwen in de medische wetenschap.

De norm

De witte man is al eeuwenlang de norm in de geneeskunde, de vrouw een inferieure afgeleide van de man. Dat heeft allerlei gevolgen gehad. Niet alleen bij het stellen van de juiste diagnose, ook bij het voorschrijven van geneesmiddelen.

Doordat nieuwe medicijnen meestal alleen op mannen zijn getest, hebben vrouwen meer kans op bijwerkingen. Zelfs crashtest-dummy’s, waarmee de veiligheid van auto’s wordt getest, zijn gebaseerd op het mannelijk lichaam. Gevolg: vrouwen zijn tijdens auto-ongelukken minder goed beschermd.

Dat partijen deze blinde vlek nu expliciet benoemen, laat zien dat er iets aan het veranderen is. Het mannelijke lichaam is niet langer de vanzelfsprekende norm in de geneeskunde, een inzicht dat links en rechts delen.

Dit zeggen de partijen over meer aandacht voor vrouwen in de medische wetenschap:

  • SP: ‘We zorgen ervoor dat de medische wetenschap meer op vrouwen wordt gericht, want die is nu nog vooral op mannen gericht. Zo zorgen we ervoor dat aandoeningen bij vrouwen vaker en sneller herkend worden en behandelingen beter worden afgestemd op het vrouwenlichaam en vrouwspecifieke aandoeningen beter en sneller worden behandeld.’
  • CDA: ‘We willen specifieke aandacht voor vrouwelijke gezondheidszorg in medische opleidingen. Ook gaan we door met investeren in onderzoek naar en kennis over ziektes en symptomen die vaker bij vrouwen voorkomen.’
  • SGP: ‘Mannen- en vrouwenlichamen verschillen van elkaar. Hiervoor is meer aandacht nodig, in wetenschappelijk onderzoek, bij diagnostiek en bij medische behandelingen.’
  • D66: ‘Er komt meer aandacht voor onderzoek naar de juiste behandeling van specifieke groepen. Voor een succesvolle behandeling is het belangrijk dat onderzoek inclusief is en rekening houdt met verschillende lichamen. Vrouwen ervaren bijvoorbeeld onnodig veel bijwerkingen bij medicijnen. Vrouwspecifieke aandoeningen, zoals overgangsklachten, cyclusstoornissen en endometriose, blijven vaak te lang onopgemerkt en onbehandeld.’
  • VVD: ‘We breiden onderzoek uit naar vrouwspecifieke aandoeningen – waaronder endometriose en adenomyose – en aandoeningen die zich bij vrouwen anders manifesteren dan bij mannen. Dat laatste doen we door het verplicht opnemen van vrouw-manverschillen in alle medisch-wetenschappelijk onderzoek. Hiermee verkleinen we de kennisachterstand over het vrouwenlichaam en zorgen we voor meer gezonde levensjaren bij vrouwen.’

Verder lezen: Meer over wetenschap