De feiten: Vrouwen veroveren nauwelijks meer topposities
Vrouwen veroveren nog altijd niet meer topposities in het bedrijfsleven. De cijfers over hun aandeel daarin veranderden in de periode 2022-2023 amper, blijkt uit de dataverkenner van de SER (Sociaal Economische Raad).
In de raden van commissarissen daalde het aantal vrouwen met een half procent tot 25,7 procent. In de raden van bestuur steeg het aandeel met 0,6 procentpunt naar 15,3 procent.
Ook in de subtop is amper beweging te zien en bleef het aandeel vrouwen steken op 26,6 procent.
Wie zegt wat over vrouwen in de top?
Bron: VNO-NCW, SER- Weekblad The Economist liet Nederland drie plekjes stijgen op de glazen plafond-ranglijst. Nederland belandde op plek 24, maar moet landen als Griekenland, Portugal en Hongarije voor zich dulden.
- Voorzitter Marguerite Soeteman-Reijnen van de Raad van Advies van SER Topvrouwen/Diversiteitsportaal benadrukt de voordelen van een divers samengestelde top, zoals hogere winstcijfers.
- Ook signaleert Soeteman dat bedrijven actiever zijn rond diversiteit. ‘Niet alleen raden van bestuur of commissarissen, maar ook ondernemingsraden.’
- Bedrijven als Accenture en Deloitte draaiden onlangs hun diversiteitsbeleid terug na de Amerikaanse afschaffing van diversiteitsbeleid bij overheidsinstanties, maar een trend ziet werkgeversclub VNO-NCW in Nederland niet.
- SER-voorzitter Kim Putters noemt deze ‘tegenbeweging’ in Amerika ronduit dom.
- Directeur Focco Vijselaar van VNO-NCW signaleert dat er meer aandacht is voor diversiteit, maar die trend komt deels door ‘een te krappe arbeidsmarkt’.
- ‘Bedrijven die ik spreek willen allemaal met dat beleid doorgaan. Maar de vooruitgang aan de top gaat stap voor stap,’ zegt Vijselaar.
Analyse EW: Wondermiddelen bestaan niet
Door Carla Joosten, redacteur PolitiekVoor het eerst sinds deze cijfers worden bijgehouden, loopt het aantal vrouwen in raden van commissarissen iets terug.
Maar de achteruitgang is zo klein dat er volgens de SER geen conclusies aan kunnen worden verbonden. Al was het maar omdat het soms even duurt voordat die raden van samenstelling veranderen.
En er is best vooruitgang. Eind 2012 had 80 procent van de bedrijven geen vrouw in het bestuur en 68 procent geen vrouw in de raad van commissarissen. Die cijfers zijn gedaald naar 60 procent en 32 procent.
Positie van vrouwen verschilt per bedrijf
Op de site van de SER is precies te zien hoe het is gesteld met de man-vrouwverhouding in de raden van bestuur en de raden van commissarissen van deze bedrijven.
De dataverkenner is openbaar en laat bijvoorbeeld zien dat een bedrijf als Ahold, dat meer vrouwen dan mannen in dienst heeft, in de raad van bestuur 30 procent vrouwen telt.
ASML Holding heeft geen enkele vrouw in het bestuur, maar streeft ernaar dat dit in 2026 20 procent zal zijn. De raad van commissarissen van de holding heeft het streefgetal voor 2023 (33 procent) juist overtroffen: 44 procent is vrouw.
Deeltijdwerken heeft geen invloed
Veel vrouwen werken in Nederland in deeltijd, maar dat is volgens de SER niet de reden voor de trage opmars van vrouwen aan de (sub)top. Ook al omdat de meeste ‘deeltijders’ in grote deeltijdbanen werken, veelal vier dagen.
Vrouwen zijn in Nederland relatief laat toegetreden tot de arbeidsmarkt. Dat gebeurde pas echt vanaf de jaren tachtig. En het kost tijd om topfuncties te bemachtigen.
Wet invoerquotum wordt niet gehandhaafd
De ongeveer 100 beursgenoteerde bedrijven in Nederland kennen een ingroeiquotum. Voor andere bedrijven, ‘grote’ vennootschappen, gelden streefcijfers.
Van de 5.448 bedrijven die volgens de in 2022 ingevoerde Wet ingroeiquotum en streefcijfers verplicht zijn de cijfers te delen, deden 3.461 bedrijven dat.
Daarnaast rapporteerden 602 bedrijven die wegens hun kleinere omvang niet onder de wet vallen, vrijwillig.
Het is prima dat er via de rapportageplicht voor bedrijven en monitoring door de SER aandacht is voor de man-vrouwverhouding in raden van bestuur en raden van commissarissen, zodat die in elk geval op de agenda staat.
Maar van handhaving van de wet is geen sprake. Dat is volgens SER-voorzitter Putters aan de politiek.
Op meer dwang en regeldruk zit niemand te wachten. Wondermiddelen bestaan nou eenmaal niet.