‘Zelfs salafisten waarderen onze vrijheden’

07 juni 2017Leestijd: 5 minuten
Izz ad-Din Ruhulessin

Izz ad-Din Ruhulessin (30) wilde in 2009 als orthodox moslim op het Binnenhof bidden en haalde het landelijke nieuws. Toch ervoer hij altijd morele weerstand tegen onderliggende uitgangspunten van het salafisme. ‘Ik geloof in individuele keuzevrijheid. En als je daarvoor kiest, ga je naar veel dingen anders kijken.’

Zelf weet Ruhulessin eigenlijk niet hoe hij zichzelf moet noemen. ‘De term “ex-salafist” klinkt alsof ik slechts bij een voetbalclub zat. “Ex-radicaal” klinkt zo zwaar, en “ervaringsdeskundige” klinkt een beetje zielig.’ Maar, van zijn tweeëntwintigste tot zijn vijfentwintigste volgde hij wel de streng-orthodoxe interpretatie van de islam.

‘Je kiest er niet voor om salafist te worden. In die jaren zocht ik op het internet informatie over de islam, en dan kom je bijna altijd uit op een salafistische website. Daar staat niet expliciet: “Wij zijn salafisten”. Dus je leest zo’n site, voert gesprekken met mensen, zit in allemaal groepen. Het nestelt zich in je geest, en pas achteraf concludeer je dat dat het begin was van je orthodoxie.’

Volgens Ruhulessin schuilt de kracht van het salafisme in dat het de best georganiseerde en gefinancierde stroming is. ‘Niet alleen wereldwijd, maar ook in Nederland. Ze kopen panden op, starten scholen, bouwen moskeeën en zijn aanwezig op het internet – vroeger hingen ze rond op internetfora en nu zitten ze in allemaal Facebook-groepen, vaak zijn dat geheime groepen waar je niet zomaar binnenkomt. Imams die vroeger in de marge predikten, zijn nu sterren op YouTube en reizen het hele land door. Hun invloed is groot.’

Leven als de Profeet: vijf vragen over salafisme

Antipathie tegen ongelovigen

Hij vergelijkt de inpalmtechnieken van salafisten met die van loverboys. ‘Salafisten spreken mensen met trauma’s aan, mensen die in de criminaliteit zaten en gewetenswroeging hebben, jongeren die zich uitgesloten voelen, bekeerlingen, onzekere mensen die meer willen leren over hun geloof. Ze vinden altijd wel een manier om aan te sluiten bij iemands leefwereld.’

Daarbij beroepen ze zich continu op de autoriteit van God. ‘Ze gooien stellingen neer waar je in moet geloven. En als je er je vraagtekens bij hebt, dan stel je dus vraagtekens bij de autoriteit van God. Daardoor is er geen discussie mogelijk, wat ergens ook een soort intellectuele luiheid is. Maar als je zelf niet veel kennis hebt en iemand dreigt dat je in de hel komt en oefent sociale druk uit, dan zijn veel mensen daar gevoelig voor.’

Zelf zegt Ruhulessin altijd een morele weerstand te hebben ervaren tegen de onderliggende waarden van het salafisme. ‘Het salafisme gaat niet uit van het individu, mannen en vrouwen zijn niet gelijk, mensen hebben niet de vrijheid om uit te komen voor hun seksuele geaardheid of om van hun geloof af te vallen. Als ik de algemene sfeer moet beschrijven, dan is het toch wel antipathie tegen ongelovigen en mensen die geen salafist zijn, dus ook sji’ieten, soefi’s en Joden. Eigenlijk iedereen die een andere opvatting heeft, is fout. Maar ik ben altijd voor de vrijheid van geest geweest.’

Video – Ruhulessin bij Pauw & Witteman op 7 september 2010

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Deels salafist, deels rokkenjager

Toch bleek ook hij gevoelig voor groepsdruk. ‘Als jouw vrouw zich niet zo bedekt als het moet, dan wordt er schande gesproken over jou omdat je haar kennelijk niet vermaant. Mijn toenmalige vrouw hoefde van mij niet in een khimar (gewaad) te lopen. En toch had ik er een naar gevoel over, omdat ik wist dat mensen zeiden: “Hij heeft geen eer, kijk eens hoe hij z’n vrouw erbij laat lopen.”’

Toen Ruhulessin en zijn vrouw uit elkaar gingen, brak er voor hem een fase aan waarin hij ‘deels salafist, deels rokkenjager’ werd. ‘Toen kwam ik in contact met een heel ander type vrouw, en met vrouwen die zich aan het salafisme hadden ontworsteld. Sommigen hadden een tijd enkel op dadels en water geleefd, omdat ze dachten dat dat van de Profeet moest. Een vrouw vertelde hoe ze als getrouwde vrouw niet van haar man naar buiten mocht en heel ongelukkig was. Inmiddels heeft ze een succesvolle carrière opgebouwd, maar dat verhaal heeft veel indruk gemaakt.’

Zo geleidelijk als hij orthodox werd, zo geleidelijk was zijn stap eruit. Hij ziet het salafisme als problematisch, maar vindt ook dat de discussie erover anders zou moeten worden gevoerd.

Video – Ruhulessin over salafisme bij de Nieuwe Maan op 28 april 2017

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Simplistische voorstelling van moslim

‘Wat ik problematisch vind aan het hele islamdebat, is dat er maar twee soorten moslims lijken te zijn: het type moslim dat je moet bestrijden en het type moslim dat nooit iets verkeerd doet. Die simplistische voorstelling van zaken verstoort de interne dynamiek in de moslimgemeenschap. De individualistisch ingestelde moslim wordt consistent vergeten. Terwijl heel veel moslims erin staan zoals ik, maar die treden niet naar voren. Het is niet dat ze bang zijn om bedreigd te worden, maar ze hebben geen zin om via internet uitgescholden te worden.

‘Het is beladen om te zeggen dat je een seculiere moslim bent, maar veel Nederlandse moslims zijn dat wel. Als je doorvraagt, dan merk je dat ze absoluut niet in een land willen wonen waar het religieuze establishment de macht heeft. Daar is het altijd een puinhoop. Natuurlijk is het niet perfect in Nederland en ervaren moslims met een migratie-achtergrond racisme en discriminatie. Maar ik weet zeker dat iedereen de vrijheden waardeert, zelfs de salafisten. Zij weten dondersgoed dat ze in Saoedi-Arabië zweepslagen krijgen als ze over de schreef gaan, of de gevangenis in draaien. Die vrijheden gelden dan wel uiteraard alleen voor henzelf, en niet voor homo’s en ex-moslims.’

Zelf pleit hij voor een Deltaplan waarin de juiste mensen zitten. ‘Dus niet de bekende gezichten uit de salafistische scene. Dan wordt er een seminar gehouden en dan zit er weer zo’n salafistische prediker bij. Misschien behoedt hij wel jongeren om naar Syrië en Irak af te reizen, maar ideologisch genomen zijn salafisten de broeders van IS. Zijn dat de juiste mensen om mee aan tafel te zitten? Maar het zou goed zijn als de puinhopen van het publieke debat een beetje opgeruimd worden.’

Lees ook: Salafistische predikers claimen westerse vrijheden