Duizenden asielzoekers die elders in Europa zijn afgewezen zitten in Nederland in de asielprocedure. Hoe kan het dat deze groep niet wordt teruggestuurd naar het land dat verantwoordelijk is voor de procedure?
Door personeelsgebrek bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) verlopen aanmeldprocedures traag. Asielzoekers die bovendien al elders in Europa zijn afgewezen of kansarm zijn, houden gemiddeld veertien weken capaciteit bezet in aanmeldcentrum Ter Apel. Volgens de IND waren in 2021 5.860 (16 procent) van de 36.620 asielzoekers die in Nederland aankwamen eerder elders in Europa afgewezen. Nog eens 4 procent was kansarm en dus afkomstig uit een veilig land.
Dublinverordening moet ‘asielhoppen’ voorkomen
De zogeheten Dublinverordening (Dublin III) moet eigenlijk voorkomen dat asielzoekers ‘asielhoppend’ door Europa trekken. De verordening bepaalt dat een asielaanvraag moet worden ingediend in het eerste Europese land van aankomst. Een hierbij geldend criterium is dat de eenheid van het gezin moet worden beschermd. ‘Een afhankelijkheidsrelatie is van doorslaggevend belang voor het bepalen van de verantwoordelijke lidstaat,’ oordeelde het Europese Hof van Justitie in 2012.
Lees ook de column van Philip van Tijn: Migratiebeleid: blijven doormodderen of fundamenteel anders?
In juli dit jaar zijn 2.119 (48 procent van het totaal) van de asielaanvragen in Nederland afkomstig van Syriërs en nog eens 540 (12 procent) van Turken, zo blijkt uit cijfers van de IND. Zij komen Europa vaak binnen in Griekenland. Dit land is dan verantwoordelijk voor de asielprocedure. Griekenland moet ze opvangen of terugsturen, maar laat ze in de praktijk vaak doorreizen.
‘Als asielzoekers zich hier aanmelden, moet procedure hier beginnen’
Veel asielzoekers blijven in Zuid-Europa onder de radar. ‘Als asielzoekers doorreizen en zich voor het eerst aanmelden in Nederland, dan moet de asielprocedure volgens het Vluchtelingenverdrag in Nederland beginnen,’ zegt IND-woordvoerder Mijke Bol. Daarbij stelt de Dublinverordening in artikel 13 dat bij illegale grensovergangen het eerste aanmeldland verantwoordelijk is. De asielprocedure moet hier ook plaatshebben wanneer asielzoekers aankomen via Schiphol. ‘Zij worden dan bij Schiphol opgevangen.’
Iedere asielzoeker die Nederland binnenkomt, gaat de asielprocedure in. Ook als iemand in het buitenland al een aanvraag heeft ingediend. ‘Als na een gesprek blijkt dat asielzoekers in een ander land al een aanvraag hebben ingediend, gaan ze in Ter Apel een versnelde procedure in,’ zegt Bol. ‘Nederland dient dan een terugkeerverzoek in, een zogeheten Dublinclaim, bij het eerste Europese land van aankomst – het Dublinland. Bij een akkoord volgt de overdracht.’ Zo’n versnelde procedure kan door drukte in aanmeldcentra alsnog enkele weken duren.
Daar komt bij dat volgens het rapport De Staat van Migratie 2022 lang niet elk akkoord tot een feitelijke overdracht leidt. In 2020 dienden EU-landen iets meer dan honderdduizend Dublinclaims in. Van de 60.000 akkoorden hadden er maar 15.000 feitelijke overdrachten plaats. In de periode 2015-2021 diende Nederland 59.670 Dublinclaims in. Er volgden slechts 13.670 uitzettingen.
Alleenreizende kinderen tot achttien jaar niet teruggestuurd
‘Vertrek met onbekende bestemming uit de opvanglocatie’ is de voornaamste reden dat een asielzoeker niet wordt teruggestuurd, zo is te lezen in De Staat van Migratie 2022. Alleenreizende kinderen tot achttien jaar worden niet teruggestuurd als een ander Dublinland formeel verantwoordelijk is. Daarnaast kan een rechter besluiten dat een asielzoeker niet hoeft te worden uitgeleverd als omstandigheden ‘onevenredig hard’ worden.
Lees meer over dit onderwerp: Wat is er in 75 jaar Nederlands vluchtelingenbeleid precies veranderd?
Ook is Nederland, net als andere Europese landen, terughoudend met het indienen van Dublinclaims bij Griekenland. Na de vluchtelingencrisis van 2015 deed het Europees Hof voor de Rechten van de Mens de aanbeveling om Griekenland niet verder te belasten met terugkeerverzoeken. Duitsland ontving in 2020 met 31 procent de meeste Dublinclaims, gevolgd door Frankrijk met 30 procent. Van alle in Europa overgedragen vluchtelingen ging het merendeel (24 procent) in 2020 naar Frankrijk. Duitsland haalde 22 procent binnen.
Naleving van de Dublinverordening laat veel te wensen over. De asieldruk daalt pas wanneer Zuid-Europese landen hun verplichtingen nakomen. Het terugkeersysteem is daarbij grotendeels gebaseerd op onderlinge solidariteit van de Dublinlanden. Dat werkt slecht wanneer ontvangende landen van Dublinclaims zeggen dat hun opvangcapaciteit vol is of als ze asielzoekers gewoon naar andere landen laten vertrekken.